Bijlage:
Algemene wet bestuursrecht (Awb)
1. Onder belanghebbende wordt verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken.
Artikel 3:2
Bij de voorbereiding van een besluit vergaart het bestuursorgaan de nodige kennis omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen.
Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG)
Artikel 3, eerste en vijfde lid:
1. Er worden registers ingesteld, waarin degenen die aan de daarvoor bij en krachtens deze wet gestelde voorwaarden voldoen, op hun aanvrage worden ingeschreven, onderscheidenlijk als:
- gezondheidszorgpsycholoog,
5. Elk register wordt ingesteld en beheerd door Onze Minister.
Artikel 14, eerste, tweede en vierde lid:
1. Indien een organisatie van beoefenaren van een beroep als bedoeld in artikel 3, voor de inschrijving van beroepsbeoefenaren die een bijzondere deskundigheid hebben verworven met betrekking tot de uitoefening van een deelgebied van hun beroep, een specialistenregister heeft en daaraan een titel is verbonden, kan Onze Minister bepalen dat die titel als wettelijk erkende specialistentitel wordt aangemerkt. Een aanvraag daartoe wordt gedaan door het bestuur van de organisatie; het bestuur kan de bevoegdheid daartoe overdragen aan het orgaan, bedoeld in het tweede lid, onder d.
2. Een dergelijk besluit neemt Onze Minister uitsluitend indien dat wenselijk is ter bevordering van de goede uitoefening van de individuele gezondheidszorg en indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:
a. de organisatie is, naar het oordeel van Onze Minister, voldoende representatief voor de beoefenaren van het betrokken beroep;
b. de organisatie is een vereniging met volledige rechtsbevoegdheid;
c. de organisatie stelt regels waarin in ieder geval worden vastgelegd
- de procedure voor de besluitvorming binnen de organisatie met betrekking tot het instellen van een specialistenregister,
- de taken en samenstelling van de verschillende organen en
- het bedrag dat, ter dekking van de kosten, voor de behandeling van een aanvraag voor inschrijving en voor erkenning van een opleidingsinstelling, onderscheidenlijk opleider, is verschuldigd;
d. de organisatie kent een orgaan dat
- belast is met het besluit tot instelling van een specialistenregister, en
- regels stelt met betrekking tot de eisen die gesteld worden aan de inschrijving als specialist en aan de erkenning van opleidingsinstellingen, onderscheidenlijk opleiders, voor een specialisme;
e. de organisatie kent tevens een orgaan dat is belast met
- de inschrijving van specialisten,
- de erkenning van opleidingsinstellingen, onderscheidenlijk de opleiders en
- het toezicht op de uitvoering van de regels door de erkende opleidingsinstellingen, onderscheidenlijk opleiders.
4. De regelingen, bedoeld in het tweede lid, onder c en d, behoeven de instemming van Onze Minister; de instemming kan worden onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang.
Artikel 24:
Om in het desbetreffende register als gezondheidszorgpsycholoog te kunnen worden ingeschreven, wordt vereist het bezit van een getuigschrift waaruit blijkt dat de betrokkene voldoet aan de daartoe bij algemene maatregel van bestuur gestelde opleidingseisen.
Artikel 26, eerste lid:
Om in het desbetreffende register als psychotherapeut te kunnen worden ingeschreven, wordt vereist het bezit van een getuigschrift waaruit blijkt dat de betrokkene voldoet aan de daartoe bij algemene maatregel van bestuur gestelde opleidingseisen.
Bedoelde amvb’s zijn het Besluit gezondheidszorgpsycholoog en het Besluit psychotherapeut.
Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg)
Artikel 7, eerste lid:
Onze Minister kan de zorgautoriteit een algemene aanwijzing geven met betrekking tot:
a. de onderwerpen waaromtrent de zorgautoriteit ingevolge deze wet bevoegd is regels vast te stellen;
b. de onderwerpen waaromtrent de zorgautoriteit ingevolge deze wet bevoegd is beleidsregels vast te stellen.
Artikel 56a, eerste lid:
De zorgautoriteit kan een beschikbaarheidbijdrage toekennen ten behoeve van de beschikbaarheid van bij algemene maatregel van bestuur aangewezen vormen van zorg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel b, onder 1°, van deze wet met inachtneming van daarbij te stellen voorwaarden, voorschriften en beperkingen. Een zorgaanbieder kan de beschikbaarheidbijdrage bij het Zorginstituut in rekening brengen ten laste van het Zorgverzekeringsfonds dan wel het Fonds langdurige zorg. Voor een beschikbaarheidbijdrage komen uitsluitend vormen van zorg in aanmerking waarvan de kosten niet of niet geheel zijn toe te rekenen naar, of door middel van tarieven in de zin van deze wet in rekening te brengen zijn aan, individuele ziektekostenverzekeraars of verzekerden, of waarvan de bekostiging bij een zodanige toerekening dan wel een zodanige tarifering marktverstorend zou werken, en die niet op andere wijze worden bekostigd.
Aanwijzing ex artikel 7 Wet marktordening gezondheidszorg (beschikbaarheidbijdrage
(medische) vervolgopleidingen 2019 en verder)
Artikel 2. verstrekken beschikbaarheidbijdrage
De Nederlandse Zorgautoriteit verstrekt jaarlijks beschikbaarheidbijdragen op basis van de verdeelplannen en opleidingsoverzichten die gelden in het desbetreffende jaar vanaf 2019 voor activiteiten als bedoeld in artikel 1 door daartoe erkende zorgaanbieders, op vergelijkbare wijze als omschreven in de Aanwijzing beschikbaarheidsbijdrage (medische) vervolgopleidingen 2013 (Stcrt. 2012, 20041). (..)