ECLI:NL:RBZWB:2021:6148
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Proceskostenveroordeling in een zaak tussen ex-partners met betrekking tot alimentatie
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, gaat het om een proceskostenveroordeling tussen ex-partners na een verzoek tot wijziging van de partneralimentatie. De vrouw had verzocht om de alimentatie te verhogen van € 575 naar € 1.500 per maand, terwijl de man verweer voerde en een voorwaardelijk verzoek deed om de alimentatie op nihil te stellen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vrouw haar verzoek tot wijziging van de alimentatie heeft ingetrokken, waardoor zij niet-ontvankelijk werd verklaard in haar verzoek. De rechtbank oordeelde dat de man, door niet tijdig informatie over zijn inkomen te verstrekken, de vrouw in een positie heeft gebracht waarin zij genoodzaakt was een procedure te starten. Dit leidde tot de beslissing dat de man in de proceskosten van de vrouw moest worden veroordeeld, op basis van het gangbare liquidatietarief. De rechtbank benadrukte dat in familierechtelijke zaken doorgaans proceskosten worden gecompenseerd, maar in dit geval was er sprake van onredelijk gedrag van de man, wat een kostenveroordeling rechtvaardigde. De totale kosten werden vastgesteld op € 872, bestaande uit griffierecht en salaris van de advocaat. De beschikking werd uitgesproken op 7 december 2021.