1.5.De geheimgehouden stukken zijn als volgt te omschrijven, met daarbij de reden waarom deze volgens de inspecteur geheim dienen te blijven:
1. bijlage 1 (overeenkomend met bijlage 1 bij de verweerschriften) is een interne notitie van de Belastingdienst van 20 februari 2018 (hierna: bijlage 1).
De eerste, vijfde, negende en tiende gelakte passage betreffen meningen van een medewerker die onder de vrije meningsuiting binnen de Belastingdienst vallen (hierna: de eerste, vijfde, negende en tiende passage van bijlage 1). Kennisneming van deze passages kan ervoor zorgen dat de cliënten van gemachtigde hun gedrag dusdanig aanpassen dat het belang van een effectief onderzoek wordt geschaad.
De tweede, zesde en zevende gelakte passage betreffen opmerkingen van een medewerker (hierna: de tweede, zesde en zevende passage van bijlage 1). Kennisneming van deze passages levert strijd op met het belang om in vrijheid en vertrouwelijkheid intern beraad te kunnen voeren, wat van belang is voor een zorgvuldige besluitvorming. Medewerkers moeten onderling op een openhartige en functionele wijze met elkaar kunnen (blijven) communiceren omtrent het onderzoek.
De derde en de achtste gelakte passage betreffen wederom opmerkingen van een medewerker (hierna: de derde en achtste passage van bijlage 1). Voor deze passages geldt volgens de inspecteur dezelfde reden als genoemd in de vorige alinea. Aangevuld met het belang om in vrijheid en vertrouwelijkheid de strategie in verband met de procespositie te kunnen bepalen.
De vierde gelakte passage betreft de mening en een opmerking van een medewerker (hierna: de vierde passage van bijlage 1). Hiervoor voert de inspecteur dezelfde redenen aan als die bovenvermeld bij de twee eerstgenoemde reeksen passages.
2. bijlage 2 (overeenkomend met bijlage 2 bij de verweerschriften) is een interne notitie van de Belastingdienst van 22 februari 2018 (hierna: bijlage 2).
De eerste gelakte passage betreft een opmerking van een medewerker (hierna: de eerste passage van bijlage 2). Dezelfde reden als genoemd bij de tweede, zesde en zevende passage van bijlage 1.
De tweede gelakte passage betreft de mening en een opmerking van een medewerker (hierna: de tweede passage van bijlage 2). Dezelfde reden als genoemd bij de vierde passage van bijlage 1.
De derde gelakte passage betreft de naam van een medewerker en het belang van diens privacy (hierna: de derde passage van bijlage 2). De persoonlijke levenssfeer moet worden geëerbiedigd.
3. bijlage 3 (overeenkomend met bijlage 6 bij de verweerschriften) is een verslag van een gesprek van 29 juni 2018, opgemaakt op 2 juli 2018 (hierna: bijlage 3).
De eerste gelakte passage betreft de mening van een medewerker (hierna: de eerste passage van bijlage 3). Dezelfde reden als genoemd bij de eerste, vijfde, negende en tiende passage van bijlage 1.
De tweede gelakte passage betreft de naam en een opmerking van een medewerker (hierna: de tweede passage van bijlage 3). De persoonlijke levenssfeer van de ambtenaar moet worden geëerbiedigd. En verder dezelfde reden als genoemd bij de tweede, zesde en zevende passage van bijlage 1.
De derde en vierde gelakte passage betreffen meningen van een medewerker (hierna: de derde en de vierde passage van bijlage 3). Dezelfde reden als genoemd bij de tweede, zesde en zevende passage van bijlage 1.
De vijfde gelakte passage betreft de naam van een medewerker (hierna: de vijfde passage van bijlage 3). Dezelfde reden als genoemd bij de derde passage van bijlage 2.
4. bijlage 4 (overeenkomend met bijlage 24 bij het verweerschrift in de zaken met zaaknummers 20/7098 tot en met 20/7103 en niet deel uitmakend van het verweerschrift in de zaak 20/7561) is een memo van [formeel recht] aan de medewerkers van de Belastingdienst van 14 mei 2020 (hierna: bijlage 4).
Daarin zijn passages gelakt waarvan belanghebbende geen enkel belang heeft bij kennisname (hierna: de passages van bijlage 4). De gegevens houden geen verband met de procedure en/of zijn niet relevant voor de oordeelsvorming.