Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Beslissing
2.Motivering
- De inspecteur heeft de suppletie-aangifte behandeld als een bezwaar tegen eigen aangiften van belanghebbende en vervolgens uitspraak op bezwaar gedaan. Bij het beroep tegen deze uitspraak op bezwaar bestaat echter geen belang, omdat niets op aangifte is betaald (zie 2.7).
- Als de suppletie-aangifte zou moeten worden gezien als een beroep tegen de uitspraak op bezwaar van 4 juli 2015 over een eerder teruggaafverzoek over het jaar 2013, is dat beroep te laat (zie 2.8).
- Als de suppletie-aangifte wordt gezien als een nieuw teruggaafverzoek, dan is het verzoek te laat gedaan (zie 2.9.1-2.9.3).
- Als de suppletie-aangifte wordt gezien als een verzoek om ambtshalve vermindering, dan is de rechtbank niet bevoegd om een oordeel te geven over de afwijzing van dat verzoek (zie 2.10).
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;