ECLI:NL:RBZWB:2016:2166
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verboden onderscheid op grond van leeftijd bij beëindiging wachtgelduitkering
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 31 maart 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser, een burgerlijk ambtenaar bij het ministerie van Defensie, en de minister van Defensie. De eiser had bezwaar gemaakt tegen een besluit van 8 september 2015, waarin zijn wachtgelduitkering werd beëindigd op het moment dat hij de leeftijd van 65 jaar bereikte. Eiser stelde dat deze beëindiging een verboden onderscheid op grond van leeftijd vormde, in strijd met artikel 1 van de Grondwet en artikel 14 van het Europees verdrag tot bescherming van de rechten van de mens. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd. De rechtbank oordeelde dat de minister zonder objectieve rechtvaardigingsgrond verboden onderscheid had gemaakt door de wachtgelduitkering van eiser te beëindigen op basis van zijn leeftijd. De rechtbank heeft zelf in de zaak voorzien en bepaald dat het wachtgeld van eiser pas beëindigd mag worden op de datum waarop hij de pensioengerechtigde leeftijd bereikt, zoals bedoeld in de Algemene ouderdomswet. Tevens is de minister veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten en het griffierecht aan eiser. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.