ECLI:NL:RBUTR:2008:BD0390
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen verstekvonnis inzake ontruiming woning met onbekende verblijfplaats in het buitenland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Utrecht op 16 januari 2008 uitspraak gedaan in een verzetprocedure tegen een verstekvonnis van 29 augustus 2007, waarbij de Stichting Mitros een ontruiming van een woning had gevorderd. De opposerende partij, die onbekend was met de verblijfplaats in Nederland, heeft verzet aangetekend, stellende dat de verzettermijn verlengd diende te worden omdat hij in het buitenland verbleef. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de verzettermijn inderdaad op 20 september 2007 begon te lopen, maar dat de voorwaarden voor verlenging van deze termijn niet waren vervuld. De opposerende partij had geen bekende woon- of verblijfplaats in het buitenland op dat moment, wat essentieel was voor de verlenging van de termijn. De kantonrechter heeft ook overwogen of de toepassing van de verzettermijnen in strijd zou zijn met het recht op een eerlijk proces, zoals gewaarborgd in artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Uiteindelijk oordeelde de kantonrechter dat de opposerende partij ontvankelijk was in zijn verzet, ondanks de eerdere argumenten van Mitros. De zaak werd verwezen naar de rolzitting van 13 februari 2008 voor verdere behandeling.