Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 23 januari 2025 in de zaak tussen
[eiseres], uit [plaatsnaam], eiseres,
De Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, UWV,
Inleiding
Totstandkoming van het besluit
Beoordeling door de rechtbank
Voor zover eiseres nog een beroep heeft gedaan op een uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland die gaat over een enigszins vergelijkbare situatie geldt het volgende. [1] De rechtbank oordeelde dat aan de inhoud en de totstandkoming van artikel 12e van het Dagloonbesluit een zodanig ernstig gebrek kleeft dat dit artikel niet als grondslag kan dienen voor de berekening van het dagloon van betrokkene. Artikel 12e van het Dagloonbesluit moest daarom volgende de rechtbank buiten toepassing worden gelaten. Deze uitspraak van de Rechtbank is echter door de Centrale Raad van Beroep bij uitspraak van 29 maart 2023 vernietigd. [2] In diverse uitspraken heeft de Centrale Raad van Beroep de afgelopen jaren geoordeeld, dat de regels van het dagloon in het individuele gevallen nadelig kunnen uitpakken, maar dat dit een gevolg is van de door wetgever gekozen systematiek. Het is volgens de Centrale Raad aan de besluitgever om eventuele ongewenste effecten van de in het Dagloonbesluit neergelegde dagloonsystematiek teniet te doen. [3]