Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[klaagster] , klaagster,
Procedure
Feiten
‘ [opschrift 1] ; Let op: mogelijk GH stukken.’In de witte envelop zaten drie plastic mapjes, waaronder een mapje dat is gekenmerkt als:
‘ [opschrift 2].’
[opschrift 2]te beoordelen of dit geheimhouderstukken bevat. De rechter-commissaris heeft geconstateerd dat het mogelijk om geheimhouderstukken gaat, aangezien het (concept)notulen van bestuursvergaderingen van [bedrijf 2] B.V. betreft waarbij mogelijk geheimhouders aanwezig zijn geweest. Het betreft:
- concept notulen Bestuursvergadering [bedrijf 2] BV d.d. 23 februari 2018;
- concept notulen Bestuursvergadering [bedrijf 2] BV d.d. 1 mei 2018;
- concept notulen Bestuursvergadering [bedrijf 2] BV d.d. 30 mei 2018 en
- vastgelegde notulen Bestuursvergadering [bedrijf 2] BV d.d. 9 november 2018.
Standpunt klaagster
tenzijer redelijkerwijs geen twijfel over kan bestaan dat dit standpunt onjuist is. Daarvan is in de beschikking van de rechter-commissaris niet gebleken. Het standpunt van het OM dat de enkele omstandigheid dat een advocaat de gehele bestuursvergadering bijwoont niet het gehele verslag onder zijn of haar verschoningsrecht brengt geeft een te beperkte uitleg aan het verschoningsrecht. Naast advisering valt ook alles wat de advocaat in hoedanigheid van advocaat als geheimhouder wordt toevertrouwd onder het verschoningsrecht. De situatie dat de advocaat enkel aanwezig is bij de vergadering en af en toe een opmerking maakt gaat in dit geval ook niet op. Klaagster is in hoedanigheid van advocaat bij de bestuursvergadering aanwezig geweest om haar cliënte juridische bijstand te verlenen. De inhoud van de vergadering is door cliënte aan haar als
advocaattoevertrouwd in hetk kader van informatie-uitwisseling. De notulen van de vergadering vormen een reflectie van het advies dat klaagster haar cliënte heeft gegeven tijdens de bestuursvergadering. Op basis van de inhoud van de concept notulen bestaat er geen twijfel over dat de concept notulen onder de geheimhoudingsplicht vallen. Ook is niet gebleken van
uitzonderlijkeomstandigheden, waardoor het verschoningsrecht zou moeten worden doorbroken.
Beoordeling
18 februari 2020, ECLI:NL:HR:2020:277; HR 2 juli 2013, ECLI:NL:HR:2013:CA0434). Het standpunt van klaagster dat de rechter-commissaris geen kennis mocht nemen van de inhoud van de stukken wordt dan ook verworpen.
a prioriop dat het hier gaat om geheimhouderstukken, zeker niet vrijwel de volledige inhoud van die notulen, en daar komt bij dat de rechter-commissaris op basis van de inhoud van de stukken een beslissing heeft genomen en tot de conclusie is gekomen dat het verschoningsrecht hier niet opgaat. De rechtbank heeft daarom de stukken ingezien om tot een oordeel te komen. Bij de beoordeling of het om vertrouwelijke informatie gaat, is de rechtbank in beginsel uitgegaan van het standpunt van de advocaat dat dit het geval is, tenzij er redelijkerwijze geen twijfel over kan bestaan dat dit standpunt onjuist is.
1, 3, 4, 5, 6 en 7 bovenaan het document. In zoverre zal het beklag dan ook gegrond worden verklaard. Voor het overige is het beklag ongegrond. Genoemde agendapunten dienen door de rechter-commissaris uit de notulen te worden verwijderd, alvorens de notulen voor het overige aan het strafdossier kunnen worden toegevoegd.
Beslissing
- stelt de stukken in handen van de rechter-commissaris om deze, met inachtneming van deze beslissing alsook met de gelijktijdig genomen beslissingen in de zaken van de klagers mrs. [medeklaagster 1] , [medeklaagster 2] en [medeklager] , aan het strafdossier toe te voegen;
- verklaart het beklag voor het overige ongegrond.