Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
- [eiser] met mr. I.B. Jansen;
- mr. M. Kool.
Rechtbank Rotterdam
Op 22 april 2024 heeft de kantonrechter te Rotterdam een mondeling vonnis uitgesproken in een kort geding tussen een onderhuurder, aangeduid als '[eiser]', en de Stichting Bewaarder R3fund Residential Rotterdam 4, hierna 'R3fund'. De zaak betreft een huurrechtelijk geschil waarbij de onderhuurder zich verzet tegen een aangekondigde ontruiming van zijn woning, die op 23 april 2024 zou plaatsvinden. De onderhuurder stelt dat R3fund in strijd handelt met een toezegging die tijdens een eerdere zitting is gedaan, waarin werd beloofd dat er redelijke afspraken zouden worden gemaakt met de onderhuurders. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de onderhuurder geen huurbescherming geniet, omdat het gaat om onzelfstandige woonruimte, en dat de huurovereenkomst met de hoofdhuurder is ontbonden. Desondanks oordeelt de kantonrechter dat R3fund misbruik maakt van recht door de ontruiming door te zetten zonder de toezegging na te komen. De rechter heeft daarom een verbod op de ontruiming opgelegd voor de periode van 22 april tot en met 31 juli 2024, met een dwangsom van € 15.000,- als R3fund zich niet aan dit verbod houdt. Daarnaast is R3fund veroordeeld tot betaling van de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 900,00. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat het onmiddellijk kan worden uitgevoerd, ook als er hoger beroep wordt aangetekend.