Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 3 november 2022, met producties;
- het antwoord, met producties;
- de brief van 14 december 2022 aan de zijde van [eiser01] , met producties;
- de brief van 20 december 2022 aan de zijde van TOP, met een aanvullende productie;
- de spreekaantekeningen van mr. Holdtgrefe.
2..De feiten
3..Het geschil
4..De beoordeling
[eiser01] is werkzaam op basis van een zee-arbeidsovereenkomst
aldus moet worden uitgelegd dat een situatie als aan de orde in het hoofdgeding, waarin een persoon zijn woonplaats in zijn lidstaat van herkomst heeft behouden terwijl hij als zeevarende werkzaam is voor een in een andere lidstaat gevestigde werkgever, op een schip dat buiten het grondgebied van de Europese Unie en onder de vlag van een derde land vaart, binnen de werkingssfeer van die bepaling valt, waardoor de toepasselijke nationale wetgeving die van de lidstaat van de woonplaats van die persoon is.’ Dit oordeel is door de Hoge Raad overgenomen (HR 19 juli 2019, ECLI:NL:HR:2019:1201).
weleen met de ZW overeenkomende wettelijke regeling van een lidstaat van de EU van toepassing. Niet hoeft vervolgens te worden onderzocht of de Spaanse wetgeving voor [eiser01] voorziet in aansluiting bij enig stelsel van sociale zekerheid (vgl. HR 19 juli 2019, ECLI:NL:HR:2019:1201, r.o. 2.2). [eiser01] heeft gesteld dat hij in Spanje niet onder een met de ZW vergelijkbare regeling valt omdat men zich in Spanje alleen kan verzekeren inzake ouderdom, blijvende arbeidsongeschiktheid en overlijden, doch door TOP is weersproken dat Spanje geen met de ZW vergelijkbare regeling kent. [eiser01] heeft geen stukken overgelegd waaruit blijkt dat hij in Spanje een uitkering heeft aangevraagd en zo ja, of deze aanvraag is afgewezen. Uit de door [eiser01] overgelegde verklaring van de Spaanse sociale dienst kan dat niet worden afgeleid, nog los van de omstandigheid dat geen door een beëdigd vertaler opgestelde Nederlandse vertaling is bijgevoegd. Bovendien doet dit alles niet af aan de toepasselijkheid van het Spaanse socialezekerheidsrecht als gevolg waarvan artikel 7:734d BW op [eiser01] niet van toepassing is.
(…) voor de toepasselijkheid van de regeling die de Vereniging Zee-Risico 1967 uitvoert, is vereist dat de zeevarende onder de populatie valt zoals bedoeld in art. 7:734d, eerste lid BW. En dat doet deze zeevarende niet. Had hij op een Nederlands gevlagd schip gevaren, dan was de Nederlandse sociale wetgeving ex art. 11, vierde lid van de VO 883/2004 van toepassing geweest (tenzij er sprake was van de uitzondering in dat artikel). Nu hij op basis van een zee-arbeidsovereenkomst naar Nederlands recht op een Russisch gevlagd schip heeft gevaren, is hij ex artikel 11, derde lid van de VO 883/2004 verzekerd in zijn woonland, dus Spanje. Er is dus sprake van een overeenkomende wettelijke regeling van een andere lidstaat van de Europese Unie van toepassing. Dat betekent dat art. 7:737d niet op hem van toepassing is.” Naar het oordeel van de kantonrechter heeft [eiser01] de juistheid van deze verklaring onvoldoende gemotiveerd weersproken.