Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- het proces-verbaal van 17 juli 2023 waarin het mondeling wrakingsverzoek en de gronden daarvan zijn vermeld;
- de schriftelijke reactie van de rechter van 20 juli 2023.
Rechtbank Rotterdam
Op 28 september 2023 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Rotterdam een wrakingsverzoek afgewezen dat was ingediend door een verzoeker in een strafzaak. Het verzoeker was gegrond op de afwijzing van zijn verzoek om aanhouding van de zitting, omdat hij op vakantie was. De rechtbank oordeelde dat de afwijzing van het aanhoudingsverzoek in overeenstemming was met het landelijke aanhoudingenprotocol en dat de rechter zich enkel had uitgelaten over het verzoek om aanhouding, zonder vooruit te lopen op het eindoordeel in de strafzaak. De wrakingskamer benadrukte dat wraking niet bedoeld is als een verkapt rechtsmiddel en dat een procesbeslissing als zodanig geen grond voor wraking kan opleveren. De verzoeker had aangevoerd dat de afwijzing van zijn aanhoudingsverzoek blijk gaf van vooringenomenheid, maar de rechtbank oordeelde dat er geen objectief gerechtvaardigde vrees voor partijdigheid was. De wrakingskamer concludeerde dat de door verzoeker aangevoerde feiten en omstandigheden geen grond vormden voor het oordeel dat de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden. Het verzoek tot wraking werd daarom afgewezen.