2.4.Op de overeenkomst van onderaanneming zijn de Algemene voorwaarden van Onderaanneming 2014 (hierna: AvvO 2014) van toepassing verklaard. Deze houden in, voor zover relevant:
“Artikel 5: Verplichtingen van onderaannemer
1. Onderaannemer is verplicht het werk goed en deugdelijk en naar de bepalingen van de overeenkomst uit te voeren. Hij dient het werk zodanig uit te voeren, dat daardoor schade aan personen, goederen of milieu zoveel mogelijk wordt beperkt.
2. De uitvoering van het werk moet zodanig zijn, dat de totstandkoming van het werk binnen de overeengekomen termijn verzekerd is.
(...)
Artikel 9: Gereed zijn en oplevering van het werk en onderhoudstermijn
(...)
4. Na de dag waarop het werk als opgeleverd geldt, is het werk voor risico van aannemer.
5. De duur van de onderhoudstermijn leggen partijen vast in de overeenkomst.
(...)
Artikel 15: Aansprakelijkheid
Artikel 15.1: Aansprakelijkheid voor oplevering
1. Met in achtneming van het bepaalde in art. 9 lid 3 van deze voorwaarden, zijn het werk en de uitvoering daarvan voor verantwoordelijkheid van onderaannemer met ingang van het tijdstip van aanvang tot en met de dag waarop het werk is opgeleverd.
2. Onverminderd de aansprakelijkheid van partijen krachtens de overeenkomst of de wet, en met in achtneming van het bepaalde in art. 9 lid 3 van deze voorwaarden, is onderaannemer aansprakelijk voor schade aan het werk, tenzij deze schade het gevolg is van buitengewone
omstandigheden tegen de schadelijke gevolgen waarvan onderaannemer in verband met de aard van het werk geen passende maatregelen heeft behoeven te nemen en het onredelijk zou zijn de schade voor zijn rekening te doen komen.
3. Onderaannemer is aansprakelijk voor schade aan andere werken en eigendommen van aannemer voor zover deze door de uitvoering van het werk is toegebracht en te wijten is aan
nalatigheid onvoorzichtigheid of verkeerde handelingen van onderaannemer, zijn eigen of ingeleende arbeidskrachten, zijn onderaannemers of zijn leveranciers.
4. Onderaannemer vrijwaart aannemer tegen aanspraken van derden tot vergoeding van schade, voor zover deze door de uitvoering van het werk is toegebracht en te wijten is aan
nalatigheid, onvoorzichtigheid of verkeerde handelingen van de onderaannemer, zijn eigen of ingeleende arbeidskrachten, zijn onderaannemers of zijn leveranciers.
Artikel 15.2: Aansprakelijkheid na oplevering
1. Na de dag waarop het werk als opgeleverd geldt, is onderaannemer niet meer aansprakelijk voor tekortkomingen aan het werk.
2. Het in het eerste lid bepaalde lijdt uitzondering indien sprake is van een gebrek:
a. dat in de onderhoudstermijn aan de dag is getreden, dat redelijkerwijs niet bij oplevering door aannemer onderkend had kunnen worden, en waarvan onderaannemer aannemelijk maakt dat het gebrek met grote mate van waarschijnlijkheid moeten worden toegeschreven aan een omstandigheid, die aan aannemer kan worden toegerekend;
b. dat na afloop van de onderhoudstermijn aan de dag is getreden, dat redelijkerwijs niet bij oplevering door aannemer onderkend had kunnen worden, en waarvan aannemer aannemelijk maakt dat het gebrek met grote mate van waarschijnlijkheid moeten worden toegeschreven aan een omstandigheid, die aan onderaannemer kan worden toegerekend.
3. Voor wat betreft de duur van de aansprakelijkheid geldt hetgeen daarover tussen aannemer en diens opdrachtgever is overeengekomen.
Artikel 15.3: Overige bepalingen
1. In de gevallen als voorzien in art. 15.2 van deze voorwaarden dient aannemer onderaannemer binnen redelijke termijn na ontdekking van het gebrek mededeling te doen en onderaannemer de gelegenheid te geven het gebrek te herstellen.
2. Indien de kosten van herstel van een gebrek niet in redelijke verhouding staan tot het belang van aannemer bij herstel, mag onderaannemer in plaats van herstel volstaan met het betalen van een redelijke schadevergoeding.
1. In de overeenkomst zijn de door onderaannemer te verstrekken garantie(s) omschreven.
2. Garantie-aanspraken van aannemer laten diens (rechts)vorderingen uit hoofde van art. 15 van deze voorwaarden onverlet.
3. Indien door een derde aan onderaannemer verdergaande garantie(s) zijn verstrekt dan die welke door onderaannemer aan aannemer zijn verstrekt, wordt de door onderaannemer
verstrekte garantie(s) geacht die verdergaande garantie(s) te omvatten. Onderaannemer is verplicht aannemer hiervan schriftelijk in kennis te stellen.”