In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 31 maart 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen [eiseres01] B.V. en [gedaagde01] over de ontbinding van een koopovereenkomst en de daaruit voortvloeiende contractuele boete. De eiseres, vertegenwoordigd door mr. J.A.M. van de Sande, vorderde een boete van € 21.000,00 van de gedaagde, die zich op de bedenktijd beroept. De koopovereenkomst werd op 22 maart 2022 ondertekend, maar de gedaagde trok zich op 25 maart 2022 terug. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde geen beroep kon doen op de bedenktijd, omdat zij de overeenkomst niet had gesloten als een natuurlijke persoon die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf. De rechter baseerde zich op de wettelijke bepalingen en de rechtspraak omtrent het begrip 'consument'. De gedaagde had onvoldoende bewijs geleverd dat zij als consument handelde, ondanks haar stellingen over haar privégegevens en het ontbreken van professionele ervaring in vastgoed. De kantonrechter concludeerde dat de gedaagde professioneel bezig was met vastgoed en dat de overeenkomst niet geldig was ontbonden. De eiseres werd in het gelijk gesteld en de gedaagde werd veroordeeld tot betaling van de boete, buitengerechtelijke kosten en proceskosten.