ECLI:NL:RBROT:2023:11902
Rechtbank Rotterdam
- Vereenvoudigde behandeling
- E.M.M. Kettenis - de Bruin
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen naheffingsaanslag en ontvankelijkheid van rechtsmiddelen
In deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam op 19 december 2023, wordt het beroep van eiseres beoordeeld tegen de naheffingsaanslag die is opgelegd aan Stichting Simpele Zorg. Eiseres stelt dat de heffingsambtenaar niet tijdig heeft beslist op haar bezwaar van 27 juli 2022 tegen de naheffingsaanslag van 29 juni 2022. De rechtbank overweegt dat de naheffingsaanslag aan de stichting is opgelegd en niet aan eiseres, wat de vraag oproept of eiseres bezwaar kan maken en beroep kan instellen. De rechtbank laat deze vragen onbeantwoord en richt zich op de ontvankelijkheid van het beroep.
De rechtbank stelt vast dat de gemachtigde van eiseres op 3 januari 2023 een ingebrekestelling heeft ingediend, maar deze was prematuur omdat de heffingsambtenaar de beslistermijn had verlengd. De heffingsambtenaar heeft op 25 januari 2023 uitspraak gedaan op het bezwaar, waarbij de naheffingsaanslag is gehandhaafd. De rechtbank concludeert dat het niet mogelijk is om na de uitspraak op bezwaar een nieuwe ingebrekestelling in te dienen en beroep in te stellen wegens niet tijdig beslissen. Hierdoor is het beroep niet-ontvankelijk verklaard.
De rechtbank wijst erop dat artikel 6:20 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is, omdat de uitspraak op bezwaar was gedaan voordat het beroep werd ingesteld. De rechtbank ziet geen aanleiding voor conversie van het beroep naar een reëel beroep, aangezien de gemachtigde pas na afloop van de beroepstermijn het beroep heeft ingesteld. De rechtbank besluit het beroep niet-ontvankelijk te verklaren en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.