In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 21 november 2023 uitspraak gedaan in een kort geding tussen een werknemer, aangeduid als Werknemer, en zijn werkgever, aangeduid als Werkgever. Werknemer, die eerder in dienst was als Sales Director bij Werkgever, heeft een nieuwe functie aanvaard als Managing Director/CEO bij Kinly Benelux B.V., een directe concurrent van Werkgever. Hij is gebonden aan een concurrentiebeding van een jaar, dat hem verbiedt om voor Kinly te werken. Werknemer heeft verzocht om schorsing van dit concurrentiebeding, omdat hij een aanzienlijke positieverbetering en salarisverhoging zou krijgen bij Kinly. De kantonrechter heeft geoordeeld dat er een spoedeisend belang is voor Werknemer om in dienst te treden bij Kinly, en dat het concurrentiebeding onbillijk is in verhouding tot de belangen van Werkgever. De rechter heeft besloten het concurrentiebeding te schorsen per 1 maart 2024, zes maanden na de datum waarop Werknemer is afgesloten van de commerciële systemen van Werkgever. De proceskosten zijn gecompenseerd, en de vordering in reconventie van Werkgever is afgewezen.