Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 15 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 5 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering in haar rapportage van 15 juli 2021;
- de dadelijke uitvoerbaarheid van de bijzondere voorwaarden en het reclasseringstoezicht.
4..Waardering van het bewijs
blijvendontsierend litteken, kan het niet worden bewezen dat er sprake is van zwaar lichamelijk letsel zodat de verdachte van het primair ten laste gelegde dient te worden vrijgesproken.
5..Strafbaarheid feit
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
8..Vordering benadeelde partij / schadevergoedingsmaatregel
- € 385, - eigen risico zorgverzekering 2021;
- € 200,- beschadigde kleding (trui en broek);
- € 650,10 beschadigde iPhone 11 Pro (scherm en achterzijde);
- € 280,- mantelzorg, wondverzorging door moeder, 1 uur per dag gedurende 28 dagen;
- € 18.150,- een jaar studievertraging;
- € 1.300,- een jaar collegegeld;
- € 35,05 reiskosten.
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.. Bijlagen
11.. Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 12 (twaalf) maanden;
6 (zes) maandenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
proeftijd, die wordt gesteld op
3 (drie) jaar;
€ 3.996,86 (zegge: drieduizend negenhonderdzesennegentig euro en zesentachtig cent), bestaande uit € 496,86 aan materiële schade en € 3.500,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente over het bedrag van € 3.600,- vanaf 19 februari 2021 en over het bedrag van € 396,86 vanaf 18 mei 2021, telkens tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [naam benadeelde] te betalen
€ 3.996,86(hoofdsom,
zegge: drieduizend negenhonderdzesennegentig euro en zesentachtig cent), waarbij het bedrag van € 3.600,- wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 februari 2021 en het bedrag van € 396,86 wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 18 mei 2021, telkens tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 3.996,86 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
49 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;