ECLI:NL:RBROT:2021:9079
Rechtbank Rotterdam
- Vereenvoudigde behandeling
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid beroep wegens misbruik van recht door veelprocedeerder
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 22 september 2021 uitspraak gedaan in een beroep van een eiser die verzocht om ontheffing van het griffierecht. De rechtbank oordeelde dat de eiser, die betrokken was bij een groot aantal procedures tegen verschillende bestuursorganen, te kwader trouw procedeerde. De rechtbank stelde vast dat de eiser niet in staat was om de kosten van het griffierecht te dragen, maar dat deze situatie voortkwam uit zijn vele procedures. De rechtbank concludeerde dat de grote procedeerdrang van de eiser geen grond opleverde voor betalingsonmacht en dat hij het griffierecht uiteindelijk had voldaan. Desondanks werd het beroep niet-ontvankelijk verklaard, omdat de rechtbank van mening was dat de eiser misbruik van recht maakte door te procederen 'om te procederen' en niet om een materieel recht te effectueren. De rechtbank verwees naar eerdere uitspraken die bevestigden dat de eiser herhaaldelijk informatie opvroeg om bestuursorganen te dwarsbomen. De rechtbank besloot dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling en dat het beroep niet-ontvankelijk werd verklaard.