ECLI:NL:RBROT:2021:11758
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- S.M. Dielemans-Goossens
- M.G.L. de Vette
- J. de Gans
- Rechtspraak.nl
Toewijzing van verzoeken tot openbaarmaking op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) met betrekking tot de Regeling Vermindering Verhuurderheffing (RVV)
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 24 november 2021 uitspraak gedaan in een geschil over de openbaarmaking van informatie op basis van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Eisers, die betrokken zijn bij de Regeling Vermindering Verhuurderheffing (RVV), hebben bezwaar gemaakt tegen de openbaarmaking van gegevens die door een derde partij, [naam 1], zijn aangevraagd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoeken van [naam 1] om inzage in aanmeldingen voor de RVV door de verweerder zijn toegewezen, maar dat eisers vreesden voor onevenredige benadeling van hun belangen en de persoonlijke levenssfeer van betrokken huurders. De rechtbank heeft de argumenten van eisers tegen de openbaarmaking beoordeeld en geconcludeerd dat de verweerder zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat de weigeringsgronden van artikel 10, tweede lid, aanhef en onder e en g van de Wob niet in de weg staan aan openbaarmaking. De rechtbank heeft daarbij het publieke belang van openbaarheid zwaarder laten wegen dan de belangen van eisers. De rechtbank heeft het beroep van eisers ongegrond verklaard en bepaald dat openbaarmaking niet eerder mag plaatsvinden dan na het verstrijken van de beroepstermijn.