Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van vier maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar, oplegging van een taakstraf voor de duur van 160 uren, te vervangen door 80 dagen vervangende hechtenis, alsmede oplegging van een geldboete van € 200.000,-.
4..Verzoek tot horen van getuigen
5..Ontvankelijkheid officier van justitie
6..Waardering van het bewijs
7..Strafbaarheid feit
8..Motivering straffen
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
- 14a, 14b, 22c, 22d, 23 en 24c van het Wetboek van Strafrecht;
- 69 Algemene wet inzake rijksbelastingen.
10..Bijlagen
11..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van vier (4) maanden;
160 (honderdenzestig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
80 dagen;
geldboete van € 200.000, 00 (tweehonderd duizend euro),bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door
365 dagen hechtenis.