Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- vrijspraak van het primair ten laste gelegde (poging doodslag);
- bewezenverklaring van het subsidiair ten laste gelegde (zware mishandeling);
4..Waardering van het bewijs
5..Strafbaarheid feit
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
8..Vordering benadeelde partij / schadevergoedingsmaatregel
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.. Bijlagen
11..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 60 (zestig) dagen;
58 (achtenvijftig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
180 (honderdtachtig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
90 (negentig) dagen;
€ 5.960,74 (zegge: vijfduizendnegenhonderdzestig euro en vierenzeventig eurocent),bestaande uit
€ 1.960,74 aan materiële schade en € 4.000,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 19 oktober 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 5.960,74(hoofdsom,
zegge: vijfduizendnegenhonderdzestig euro en vierenzeventig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 oktober 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van
€ 5.960,74niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
64 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.