ECLI:NL:RBROT:2018:5902
Rechtbank Rotterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Snelheidsmeting Heinenoordtunnel en de geldigheid van de meting
In deze zaak, behandeld door de kantonrechter te Rotterdam, betreft het een snelheidsmeting die zou zijn uitgevoerd net voor de Heinenoordtunnel. De zaak kwam voor de rechter na meerdere tussenbeslissingen op 20 november 2017 en 19 februari 2018, en na verschillende zittingen op 6 november 2017, 5 februari 2018, 19 april 2018 en 16 juni 2018. De laatste zitting vond plaats op locatie nabij de Heinenoordtunnel, waar de kromming van de weg werd gemeten in aanwezigheid van de kantonrechter, de griffier, vertegenwoordigers van het Openbaar Ministerie, de politie en de betrokkene.
De kern van de zaak was de vraag of de snelheidsmeting geldig was, gezien de kromming van de weg. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de kromming op de gemeten locatie zodanig was dat een deugdelijke meting niet mogelijk was. Dit werd onderbouwd door metingen die op verschillende plaatsen langs de weg zijn uitgevoerd, waarbij de kromtestraal werd berekend aan de hand van een specifieke formule. De resultaten toonden aan dat de kromming op de locatie van de meting niet voldeed aan de vereisten voor een geldige snelheidsmeting.
Op basis van deze bevindingen heeft de kantonrechter het beroep van de betrokkene gegrond verklaard, de beslissing van de officier van justitie en de inleidende beschikking vernietigd, en bepaald dat de betrokkene recht heeft op terugbetaling van een bedrag van € 113,00, evenals een proceskostenvergoeding van € 65,07. De uitspraak werd gedaan op 16 juli 2018 door mr. G.A.F.M. Wouters.