Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Het verloop van de procedure
- de dagvaarding van 26 september 2016;
- de conclusie van antwoord;
- de akte overlegging producties en aanvulling gronden van de zijde van Glazen Maas;
- de conclusie van repliek;
- de conclusie van dupliek;
- het tussenvonnis van 28 februari 2017 waarin een comparitie van partijen is gelast;
- de akte overlegging producties van de zijde van Glazen Maas;
- de pleitaantekeningen van de zijde van Hak;
- het proces-verbaal van de op 16 mei 2017 gehouden comparitie van partijen.
2.De vaststaande feiten
- toeslag inkoop en logistiek (10%) ten bedrage van € 153,22;
- legeskosten gemeente Rotterdam ten bedrage van € 1.153,80;
- degeneratiekosten gemeente Rotterdam ten bedrage van € 110,43;
- consignatiekosten (glasvezelkabel) ten bedrage van € 840,00;
- reparatiegebonden bijkomende kosten ten bedrage van € 615,00;
- vaststelling aansprakelijkheid, schade en invordering ten bedrage van € 800,00.
17 november 2016 overgemaakte bedrag heeft Glazen Maas teruggestort.
3.De vordering
€ 12.402,52 aan hoofdsom, € 118,89 aan wettelijke rente en € 800,00 aan kosten vaststelling schade, aansprakelijkheid en verhaal.
4.Het verweer
5.De beoordeling
- € 1.950,- aan kosten eigen personeel;
- € 1.532,23 aan materialen, exclusief de toeslag;
- € 6.017,84 aan kosten Arass Infra B.V.;
- € 30,- aan kosten KLIC-graafmelding;
- € 1.153,80 aan legeskosten gemeente Rotterdam.
€ 400,-..