Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
uitspraak van de meervoudige kamer van 20 april 2016 in de zaak tussen
[naam 1] , te [woonplaats] , eiser,
de Staatssecretaris van Financiën, verweerder,
Procesverloop
.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 20 april 2016 uitspraak gedaan in het beroep van eiser tegen het besluit van de Staatssecretaris van Financiën, waarbij eiser eervol ontslagen werd uit zijn tijdelijke dienst bij de Belastingdienst. Eiser was sinds februari 2013 als uitzendkracht werkzaam en had gesolliciteerd naar de functie van Medewerker Toezicht. Voor deze functie was het verplicht om binnen twee jaar de Associate Degree-opleiding (ADAC) te behalen. Eiser startte de opleiding in september 2013, maar voldeed niet aan de eisen, omdat hij voor twee vakken een onvoldoende had behaald en niet binnen de gestelde termijn afstudeerde. De rechtbank oordeelde dat eiser bekend was met de opleidingsvereisten en dat het ontslag rechtmatig was, aangezien de regels omtrent de ADAC-opleiding duidelijk waren gecommuniceerd. De rechtbank concludeerde dat verweerder in redelijkheid tot het ontslag had kunnen besluiten, en dat er geen aanleiding was voor maatwerk of extra herkansingen. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard.