Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[verweerder sub 3],
1.De procedure
2.De vordering in de hoofdzaak
3.De vordering in het incident
- subsidiair: dat de rechtbank zich onbevoegd zal verklaren om kennis te nemen van de vorderingen in de renvooiprocedure en deze procedure zal aanhouden omdat bij het gerecht in Malmö in de zaak met kenmerk T2440-13 dezelfde vorderingen tussen dezelfde partijen aanhangig zijn; althans
- meer subsidiair: dat de rechtbank de renvooiprocedure zal aanhouden als met de bij het gerecht in Malmö in de zaak met kenmerk T2440-13 samenhangende vorderingen totdat het gerecht in Malmö zal hebben beslist;
- een en ander met nevenvorderingen.
4.De beoordeling in het incident
Procedurele aspecten
- het bedrag te bepalen waartoe zij hun aansprakelijkheid kunnen beperken (zakenfonds);
- te gelasten dat het zakenfonds wordt gesteld;
- een rechter-commissaris en een vereffenaar te benoemen voor de behandeling van voor het zakenfonds in te dienen vorderingen.
- het bedrag waartoe zij haar aansprakelijkheid ten opzichte van Baltic Cable ter zake van het onder 4.6 genoemde voorval kan beperken (zakenfonds) te bepalen op het bedrag van het door [verweerder sub 3] en Delfborg gestelde beperkingsfonds;
- te verklaren dat het door [verweerder sub 3] en Delfborg gestelde beperkingsfonds moet worden aangemerkt als mede door Wagenborg te zijn gesteld;
- het verzoek van Wagenborg te voegen bij het verzoek van [verweerder sub 3] en Delfborg.
- a) de gestelde aansprakelijkheid van ieder van de verweerders ten opzichte van Baltic Cable;
- b) de omvang van de vorderingen van Baltic Cable; en
- c) de stelling van Baltic Cable dat geen van de verweerders gerechtigd is tot beperking van aansprakelijkheid.