Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
uitspraak van de meervoudige kamer van 16 december 2014 in de zaak tussen
[a], gevestigd te [b], eiseres,
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 16 december 2014 uitspraak gedaan in een geschil tussen de stichting Autoriteit Financiële Markten (AFM) en een naamloze vennootschap, die als levensverzekeraar opereert. De AFM had de eiseres een bestuurlijke boete van € 250.000,- opgelegd wegens overtreding van de beloningsregels zoals vastgelegd in artikel 86a van het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft. De rechtbank heeft de feiten en het procesverloop uiteengezet, waarbij de AFM op 5 juli 2013 een primair besluit nam om de boete op te leggen, en op 26 februari 2014 het bezwaar van eiseres ongegrond verklaarde. Eiseres heeft vervolgens beroep ingesteld bij de rechtbank.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres, die een vergunning van De Nederlandsche Bank heeft als levensverzekeraar, niet voldeed aan de beloningsregels die sinds 1 januari 2011 van kracht zijn. De AFM had in 2011 een onderzoek ingesteld naar de distributie van uitvaartverzekeringen, waaruit bleek dat eiseres niet voldeed aan de vereisten van het beloningsbeleid. De rechtbank oordeelde dat de beloningsstructuur van eiseres, die voornamelijk gebaseerd was op omzet, leidde tot onzorgvuldige behandeling van consumenten. Eiseres betoogde dat zij voldoende maatregelen had genomen om de kwaliteit van de advisering te waarborgen, maar de rechtbank was van mening dat deze maatregelen niet voldoende waren om de overtreding van artikel 86a van het BGfo te rechtvaardigen.
De rechtbank heeft de boeteoplegging door de AFM bevestigd en geoordeeld dat de AFM in redelijkheid tot deze beslissing kon komen. De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres ongegrond en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 16 december 2014.