ECLI:NL:RBROT:2013:BY9429

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
23 januari 2013
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
415131 / HA RK 12-1011
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Wraking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wrakingsverzoek niet-ontvankelijk verklaard na beëindiging behandeling strafzaak

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 23 januari 2013 uitspraak gedaan over een wrakingsverzoek van een verzoeker, die gedetineerd was. Het wrakingsverzoek werd ingediend door de raadsman van de verzoeker na een zitting op 21 december 2012, waarin de vordering tot gevangenhouding van de verzoeker was toegewezen. De rechters die de zaak behandelden, waren mr. K.H.J. Puite, mr. C. Laukens en mr. E.A. Poppe-Gielesen. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat de behandeling van de zaak door deze rechters was geëindigd op het moment dat het wrakingsverzoek werd ingediend. Dit betekent dat de rechters niet meer in functie waren voor deze zaak, waardoor het verzoek tot wraking niet ontvankelijk kon worden verklaard. De beslissing van de rechtbank benadrukt dat wraking alleen mogelijk is zolang de zaak nog bij de betreffende rechter in behandeling is. Aangezien er al een eindbeslissing was genomen, was het wrakingsverzoek niet meer aan de orde. De rechtbank heeft de verzoeker dan ook niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek tot wraking. De uitspraak is gedaan in aanwezigheid van de griffier, mr. Beukema, en de officier van justitie, mr. E.J.V. Pols, die ook op de zitting aanwezig waren.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK ROTTERDAM
Meervoudige kamer voor wrakingszaken
Uitspraak: 23 januari 2013
Zaaknummer: 415131
Rekestnummer: HA RK 12-1011
Beslissing van de meervoudige kamer op het verzoek van:
[naam verzoeker],
thans gedetineerd in [naam P.I.],
verzoeker,
advocaat mr. N. Hendriksen,
strekkende tot wraking van mr. K.H.J. Puite, mr. C. Laukens en mr. E.A. Poppe-Gielesen, rechters in de rechtbank Rotterdam, sector strafrecht (hierna: de rechters).
1. Het procesverloop en de processtukken
Ter zitting van 21 december 2012 is door de meervoudige raadkamer van deze rechtbank, van welke kamer de rechters deel uitmaken, behandeld de tegen verzoeker aanhangig gemaakte vordering gevangenhouding.
Bij brief van 21 december 2012 heeft de raadsman van verzoeker de rechters gewraakt.
De wrakingskamer heeft kennis genomen van het dossier van de hierboven omschreven strafzaak tegen verzoeker als verdachte, alsmede van de toelichting op het wrakingsverzoek.
Verzoeker, zijn raadsman, de rechters alsmede de officier van justitie zijn verwittigd van de datum waarop het wrakingsverzoek zou worden behandeld en zijn voor de zitting uitgenodigd.
De rechters zijn in de gelegenheid gesteld voorafgaande aan de zitting schriftelijk te reageren. De rechters hebben van die gelegenheid gebruik gemaakt.
Ter zitting van 9 januari 2013, alwaar de verzochte wraking is behandeld, zijn verschenen verzoeker, bijgestaan door zijn raadsman, en de officier van justitie mr. E.J.V. Pols. De raadsman heeft aan de hand van een pleitnota het verzoek nader toegelicht.
2. De beoordeling van de ontvankelijkheid van het verzoek
2.1
Wraking is een middel ter verzekering van de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de rechter. Op grond van hetgeen is bepaald in artikel 512 Wetboek van Strafvordering kan de rechter die een zaak behandelt worden gewraakt. Het middel is derhalve toegekend aan een partij die wenst te voorkomen dat uitspraak wordt gedaan door een rechter die jegens een partij een vooringenomenheid koestert, althans aan een partij die dienaangaande bestaande vrees heeft, die objectief gerechtvaardigd is. Wraking van een rechter kan daarom alleen worden verzocht zolang de zaak nog bij die rechter in behandeling is. Is er eenmaal een eindbeslissing genomen, dan is de behandeling geëindigd.
2.2
Tijdens de raadkamer van 21 december 2012 is de vordering gevangenhouding tegen verzoeker als verdachte door de rechters toegewezen. De behandeling van de zaak van verzoeker door de rechters was daarmee geëindigd.
2.3
Na deze beslissing heeft de raadsman het wrakingsverzoek ingediend. Aangezien op grond van hetgeen is bepaald in het hiervoor aangehaalde wetsartikel slechts de rechter die een zaak behandelt kan worden gewraakt en de rechters in casu de zaak niet meer behandelden op het moment dat het verzoek tot wraking werd gedaan, is verzoeker niet-ontvankelijk in zijn wrakingsverzoek en behoeven de overige daaromtrent aangevoerde stellingen geen bespreking meer.
3. De beslissing
verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in het verzoek tot wraking van mr. K.H.J. Puite, mr. C. Laukens en mr. E.A. Poppe-Gielesen.
Deze beslissing is gegeven op 23 januari 2013 door mr. M.F.L.M. van der Grinten, voorzitter, mr. P.H. Veling en mr. W.J.J. Wetzels, rechters.
Deze beslissing is door de jongste rechter uitgesproken ter openbare terechtzitting in tegenwoordigheid van mr. Beukema, griffier.