Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.de stichting STICHTING DE PLINT,
[gedaagde 2],
[gedaagde 3],
gedaagden,
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam werd behandeld, heeft eiseres, wonende te Dordrecht, een letselschadeclaim ingediend tegen haar werkgever, Stichting De Plint, en twee collega's. De zaak betreft een ongeval waarbij eiseres is uitgegleden op een gladde tegelvloer, veroorzaakt door een natte substantie die was achtergelaten door haar collega's. De rechtbank heeft in een tussenvonnis van 4 juli 2012 eiseres opgedragen te bewijzen dat de collega's en/of de werkgever verantwoordelijk waren voor de natte substantie op de vloer. Eiseres heeft getuigenverklaringen van zichzelf, haar collega's en een andere getuige ingebracht. De getuigen bevestigden dat er een bruine vlek van koffiedrab op de vloer lag, die de oorzaak was van de val van eiseres. De rechtbank heeft vastgesteld dat de collega's en de werkgever niet voldoende maatregelen hebben genomen om het gevaar van uitglijden te voorkomen. De rechtbank oordeelde dat de waarschuwing van de collega's niet voldeed, aangezien zij hadden moeten opruimen in plaats van alleen te waarschuwen. Eiseres heeft geen eigen schuld aan het ongeval, omdat de collega's niet adequaat hebben gehandeld. De rechtbank concludeert dat de werkgever en de collega's aansprakelijk zijn voor de schade die eiseres heeft geleden door de val. De zaak is verwezen naar de rol voor verdere behandeling van de schadevergoeding, waarbij een deskundige zal worden ingeschakeld om het letsel van eiseres te beoordelen.