ECLI:NL:RBOVE:2025:5396
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de subsidieverlening aan Eurostar Fireworks B.V. en de vaststelling op nihil door de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
In deze uitspraak van de Rechtbank Overijssel, gedateerd op 2 september 2025, wordt de beslissing van de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat om de subsidie aan Eurostar Fireworks B.V. op nihil vast te stellen, beoordeeld. De staatssecretaris had deze beslissing genomen naar aanleiding van een proces-verbaal van de politie, waarin werd gesteld dat Eurostar onjuiste gegevens had verstrekt in haar subsidieaanvraag op basis van de 'Tijdelijke subsidieregeling vuurwerkverbod COVID-19 - opslag en vervoer'. Eurostar betwistte de juistheid van deze vaststelling en voerde aan dat er geen onjuiste gegevens waren verstrekt en dat de motivering van de staatssecretaris onvoldoende was. De rechtbank oordeelde echter dat de staatssecretaris terecht had geconcludeerd dat Eurostar onjuiste gegevens had verstrekt, en dat dit had geleid tot een andere beslissing op de subsidieaanvraag. De rechtbank stelde vast dat Eurostar willens en wetens verkeerde informatie had opgegeven, en dat de staatssecretaris in redelijkheid de subsidie op nihil had kunnen vaststellen. Het beroep van Eurostar werd ongegrond verklaard, wat betekent dat de nihilstelling van de subsidie in stand blijft. De rechtbank benadrukte dat het indienen van valse documenten een ernstige tekortkoming is die in grote mate aan Eurostar kan worden verweten.