In deze uitspraak van de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, wordt het beroep van eisers tegen de ambtshalve uitschrijving van eiser 1 uit de basisregistratie personen (brp) beoordeeld. Eiser 1, een B.V., is op 25 augustus 2023 door het college van burgemeester en wethouders van Zwolle ambtshalve uitgeschreven uit de brp. Dit besluit volgde op een melding van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) over discrepanties in de adresgegevens van eiser 1. Ondanks herhaalde verzoeken om uitleg van verweerder, heeft eiser 1 niet gereageerd. De rechtbank heeft op 12 december 2024 de zaak behandeld, waarbij de gemachtigde van eisers en de gemachtigden van verweerder aanwezig waren.
De rechtbank oordeelt dat verweerder terecht heeft gehandeld door eiser 1 uit de brp uit te schrijven. De rechtbank stelt vast dat aan de voorwaarden voor ambtshalve uitschrijving is voldaan: eiser 1 was niet bereikbaar, er was geen aangifte van adreswijziging gedaan, en er kon geen informatie over zijn verblijf in Nederland worden achterhaald. De rechtbank wijst erop dat de belangen van eiser 1 om ingeschreven te blijven voor zijn uitkeringen niet opwegen tegen de noodzaak voor de gemeente om de brp actueel te houden. De rechtbank concludeert dat het beroep ongegrond is en het bestreden besluit in stand blijft, zonder dat eiser recht heeft op terugbetaling van griffierecht of vergoeding van proceskosten.