Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
Elfstedenhart Recreatie B.V.uit Sneek,
Rechtbank Overijssel
In deze zaak vraagt Stichting Natuurlijk Dinkeldal, hierna [verzoeker], een voorlopige voorziening aan naar aanleiding van de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 18 december 2024, ook wel de Rendac-uitspraak genoemd. [verzoeker] stelt dat intern salderen niet mogelijk was, waardoor Elfstedenhart Recreatie B.V. een milieuvergunning had moeten aanvragen en het college van Gedeputeerde Staten van Overijssel moet handhaven. De voorzieningenrechter wijst het verzoek af, omdat de Afdeling een overgangsperiode heeft vastgesteld voor projecten die tussen 1 januari 2020 en 1 januari 2025 zijn gestart. De voorzieningenrechter oordeelt dat Elfstedenhart binnen deze periode fysiek is begonnen met het project, waardoor handhaving niet mogelijk is. Het verzoek om voorlopige voorziening is ingediend op 23 januari 2025, in het kader van een besluit van het college van 25 januari 2024. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 11 maart 2025 behandeld, waarbij de gemachtigden van de betrokken partijen aanwezig waren. De voorzieningenrechter concludeert dat er geen nieuwe feiten zijn die een herhaald verzoek rechtvaardigen en dat de overgangsperiode van toepassing is, waardoor het college tot 1 januari 2030 niet handhavend kan optreden. De voorzieningenrechter wijst het verzoek af en stelt dat [verzoeker] geen proceskostenvergoeding ontvangt.