ECLI:NL:RBOVE:2024:6633
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Herziening en terugvordering van IVA-uitkering en toeslag in verband met vermeende betrokkenheid bij hennepkwekerij
In deze uitspraak van de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, wordt het beroep van eiser tegen de terugvordering van zijn Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten (IVA) en toeslag behandeld. Het UWV had op 21 februari 2024 besloten om de aan eiser verstrekte IVA-uitkering en toeslag, die hij van 1 juni 2022 tot en met 19 februari 2023 ontving, te herzien en terug te vorderen tot een bedrag van € 16.689,81 bruto. Dit besluit was gebaseerd op de veronderstelling dat eiser betrokken was bij een hennepkwekerij, die op 20 februari 2023 door de politie was aangetroffen. Eiser ontkende echter elke betrokkenheid en stelde dat het UWV onvoldoende bewijs had geleverd voor zijn vermeende betrokkenheid bij de hennepkwekerij.
De rechtbank oordeelde dat het UWV niet aannemelijk had gemaakt dat eiser in de genoemde periode betrokken was bij de hennepkwekerij en dat hij daaruit inkomsten had verworven. De rechtbank concludeerde dat het UWV niet voldoende had onderbouwd dat eiser de inlichtingenplicht had geschonden door zijn betrokkenheid niet te melden. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit van het UWV en droeg het UWV op om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen, met inachtneming van deze uitspraak. Tevens werd het UWV veroordeeld tot betaling van het griffierecht en proceskosten aan eiser.