Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.De bewijsmotivering
borgverbonden aan verschillende leningen. Het totaalbedrag waarvoor [verdachte] borg stond in 2010 was tenminste € 24.168.902,--.
aanvaardingspecifiek moet zien op de aanmerkelijke kans op een faillissement in die zin dat [verdachte] zelf moet hebben geloofd dat het tot een faillissement zou komen. Voldoende is het op de koop toe nemen van de kwade kans op het intreden van een faillissement met een tekort. Het gaat erom dat ten tijde van de onttrekkingen ten minste een aanmerkelijke kans moet hebben bestaan dat een faillietverklaring met een tekort daarin zou volgen én dat de schuldeisers met een tekort in het latere faillissement door de gedraging zouden worden benadeeld in hun verhaalsmogelijkheden, welke aanmerkelijke kans door de verdachte ook bewust moet zijn aanvaard. Het gaat dus om het aanvaarden van een aanmerkelijke kans op verhaalsbenadeling van schuldeisers in geval van een faillissement. Het faillissement is met betrekking tot de gedragingen die voor het faillissement worden verricht een bijkomende voorwaarde en daarmee naar het oordeel van de rechtbank onttrokken aan het opzet.
schuld aan [verdachte]tot een zeer aanzienlijke
vordering op [verdachte]waarmee nadien vorderingen, als gevolg van de tenlastegelegde feiten, op papier werden verrekend. Een en ander getuigt niet alleen van een vergaande betrokkenheid van [medeverdachte] , maar brengt ook met zich dat zij op de hoogte is geweest van de voorzienbaarheid van het faillissement van [verdachte] en zijn vennootschappen.
1 januari 2009voor rekening en risico van de koper komen.
in het laatste kwartaal van 2008’ is gemaakt. [7]
in 2009’ aan de keukentafel heeft afgesproken dat het 50% aandelenbelang van [bedrijf 7] BV en [medeverdachte] in de [verdachte] Groep aan [verdachte] werd terug verkocht tegen de boekwaarde in de jaarrekeningen van die groep. [8]
begin 2009’ de afspraak is gemaakt met [verdachte] en [naam 11] dat [stichting 1] en [bedrijf 7] BV hun belangen zouden verkopen voor een prijs gebaseerd op de waarde die blijkt uit de waardering die ook in de jaarstukken over 2008 van de betreffende vennootschappen zou worden gebruikt. [9]
Gisteren met [medeverdachte] nog eens goed over gesproken. Ze wil in het kader van de zakelijke herstructurering graag in het belang vd zaak meewerken en haar belangen verkopen.’ Hierbij heeft [verdachte] geen melding gemaakt van een – met [medeverdachte] en [stichting 1] al in 2008 gemaakte – mondelinge afspraak, hetgeen wel voor de hand had gelegen. [11] Sterker nog, uit de bewoordingen in deze mail kan juist worden afgeleid dat er kennelijk nog geen verkooptransacties waren overeengekomen.
uitgevoerdvolgens de mondelinge overeenkomst die in 2008 zou zijn gesloten.
Eindsituatie in 2010,uiteengezet), tegenover de gemotiveerde betwisting door de curatoren, onvoldoende hebben toegelicht. Het Gerechtshof oordeelde dus dat niet is komen vast te staan dat de aandelentransacties al in 2008 zouden zijn overeengekomen. Het bewijs dat in de notariële akten besloten ligt, is naar het oordeel van het Gerechtshof door de curatoren voldoende onderbouwd. [20]
overwaardevan het bloot eigendom van het chalet ten tijde van de schenking.
overwaardevan het vruchtgebruik. De rechtbank stelt daarbij voorop dat het moment van de overdracht van het chalet bepalend is voor de waarde van het geschonkene en overweegt daartoe als volgt.
ten tijde van de overdracht van die aandelenhoger was dan de daartegenover staande schuld aan de bank, zodat niet was bewezen dat vermogen was onttrokken aan de boedel.
daadwerkelijk zijn benadeeldin hun verhaalsmogelijkheden, terwijl deze eis niet werd gesteld in de oude bepalingen.
- Porsche Carrera GT met chassisnummer [chassisnummer 1] ;
- Porsche 911 GT3 RS met chassisnummer [chassisnummer 2] ;
- Porsche 911 GT3 RS met chassisnummer [chassisnummer 3] ;
- Porsche 911 GT2 met chassisnummer [chassisnummer 4] ;
- Mercedes McLaren SLR 722 met chassisnummer [chassisnummer 5] ;
- Mercedes G55 AMG XXL met chassisnummer [chassisnummer 6] ;
- Mercedes McLaren SLR cabriolet met chassisnummer [chassisnummer 7] ;
- Mercedes CL65 AMG met chassisnummer [chassisnummer 8] ;
- Mercedes G420 CDI met chassisnummer [chassisnummer 9] ;
- Aston Martin Vanquish met chassisnummer [chassisnummer 10] ;
- Ferrari 599 GTB met chassisnummer [chassisnummer 11] ;
- Mercedes SL65 met chassisnummer [chassisnummer 12] ;
- Mercedes SLS AMG met chassisnummer [chassisnummer 13] .
- Porsche Carrera GT met chassisnummer [chassisnummer 1] ;
- Porsche 911 GT3 RS met chassisnummer [chassisnummer 2] ;
- Mercedes McLaren SLR 722 met chassisnummer [chassisnummer 5] ;
- Mercedes G55 AMG XXL met chassisnummer [chassisnummer 6] ;
- Mercedes McLaren SLR cabriolet met chassisnummer [chassisnummer 7] ;
- Mercedes CL65 AMG met chassisnummer [chassisnummer 8] ;
- Mercedes G420 CDI met chassisnummer [chassisnummer 9] ;
- Aston Martin Vanquish met chassisnummer [chassisnummer 10] ;
- Ferrari 599 GTB met chassisnummer [chassisnummer 11] ;
- Mercedes SL65 met chassisnummer [chassisnummer 12] ;
- Mercedes SLS AMG met chassisnummer [chassisnummer 13] .
- Porsche Carrera GT met chassisnummer [chassisnummer 1] ;
- Porsche 911 GT3 RS met chassisnummer [chassisnummer 2] ;
- Mercedes McLaren SLR 722 met chassisnummer [chassisnummer 5] ;
- Mercedes G55 AMG XXL met chassisnummer [chassisnummer 6] ;
- Mercedes McLaren SLR cabriolet met chassisnummer [chassisnummer 7] ;
- Mercedes CL65 AMG met chassisnummer [chassisnummer 8] ;
- Aston Martin Vanquish met chassisnummer [chassisnummer 10] ;
- Ferrari 599 GTB met chassisnummer [chassisnummer 11] ;
- Mercedes SL65 met chassisnummer [chassisnummer 12] ;
- Mercedes SLS AMG met chassisnummer [chassisnummer 13] .
- De [bedrijf 35] -claim en [bedrijf 35] -koopsom werden aangewend om een vordering van [bedrijf 6] BV op [bedrijf 33] af te lossen (overeenkomst [contractnummer 5] ). Ten minste een deel van de vermogensbestanddelen zou vervolgens worden overgedragen aan [bedrijf 2] BV, teneinde de vordering van [medeverdachte] en [stichting 1] op [verdachte] te voldoen.
- In ruil daarvoor deden [medeverdachte] en [stichting 1] afstand van hun pandrecht op de vordering van [bedrijf 6] BV op [bedrijf 33] (G096.2).
- [bedrijf 33] droeg vervolgens haar vordering op [bedrijf 9] van € 7.930.556,-- over aan [bedrijf 5] BV (overeenkomst [contractnummer 7] ). De koopprijs werd verrekend met de vordering van [bedrijf 6] BV op [bedrijf 33] . Als gevolg daarvan werd de vordering van ruim € 48 miljoen die [bedrijf 5] BV op [bedrijf 6] BV had verminderd met een bedrag gelijk aan de koopprijs.
- [bedrijf 5] BV kocht alle aandelen van [bedrijf 9] voor € 1,-- van [bedrijf 33] ( [contractnummer 8] ).
- [bedrijf 23] loste € 3.003.935,-- af op de schuld aan [bedrijf 9] ( [contractnummer 9] ). Dit bedrag betrof omgerekend CAN $ 4.166.457,89, wat ongeveer gelijk is aan de [bedrijf 35] -koopsom. Daarna resteerde van de vordering van [bedrijf 9] op [bedrijf 23] nog
- [bedrijf 9] loste € 3.003.935,-- af op haar schuld aan [bedrijf 5] BV ( [contractnummer 10] ). Daarna resteerde van de vordering van [bedrijf 5] BV op [bedrijf 9] nog € 4.926.621,--.
- [bedrijf 5] BV droeg een deel van de vordering op [bedrijf 9] over aan [bedrijf 8] BV, namelijk voor een bedrag van € 3.000.000,--. ( [contractnummer 11] ). Dit werd verrekend met een vordering die [bedrijf 8] BV op [bedrijf 5] BV had (E033.1).
- [bedrijf 5] BV droeg het resterende deel van de vordering op [bedrijf 9] ad € 1.926.621,-- en de aandelen in [bedrijf 9] (tegen een koopprijs van € 1,--) over aan [bedrijf 2] BV. Een en ander werd verrekend met een vordering van [bedrijf 2] BV op [bedrijf 5] BV ( [contractnummer 12] )
- [bedrijf 2] BV verkocht de aandelen in [bedrijf 9] aan [bedrijf 7] BV voor eveneens € 1,-- ( [contractnummer 13] ). Betaling van de koopprijs heeft volgens de akte rechtstreeks plaatsgevonden.
- [bedrijf 2] BV droeg de vordering op [bedrijf 9] ad € 1.926.621,-- over aan [bedrijf 8] BV( [contractnummer 14] ). Dit werd verrekend in rekening-courant. Hierdoor bedroeg de totale vordering van [bedrijf 8] BV op [bedrijf 9] € 4.926.621,--.
- [bedrijf 8] BV droeg de vordering op [bedrijf 9] ad € 4.926.621,-- over aan [verdachte] ( [contractnummer 15] ). Dit werd verrekend met een vordering die [verdachte] op [bedrijf 8] BV had.
- [verdachte] droeg de vordering op [bedrijf 9] ad € 4.926.621,-- over aan [medeverdachte] ( [contractnummer 16] ). Dit werd verrekend met de vermeende vordering van [medeverdachte] op [verdachte] .
- [medeverdachte] droeg de vordering op [bedrijf 9] ad € 4.926.621,-- over aan [bedrijf 7] BV ( [contractnummer 17] ).
‘De regeling treffen is gewoon de enige rationele beslissing in het belang van de vennootschap, alle andere besluiten hebben het levensgrote zo als zekere risico de vennootschap enorm te schaden en dienen geen ander doel anders dan de kans een restant vordering te behouden die de eerste 5 jaar niet betaald wordt en dan ook nog middels pandrechten is gezekerd en in een structuur zit waar alleen FO(de rechtbank begrijpt: de [bedrijf 18] )
schuldeiser is’.De (overgebleven) commissarissen hebben daarop akkoord gegeven op het voorstel van [verdachte] , inhoudende dat [medeverdachte] in ruil voor opheffing van haar pandrecht direct € 300.000,-- uit de [bedrijf 35] -koopsom zou ontvangen en dat zij (ultimo) rechthebbende zou worden ten aanzien van het restant van de vordering van [bedrijf 23] op [bedrijf 35] (de [bedrijf 35] -claim).
‘Naar [medeverdachte] heb ik - omdat ik met haar open communiceer - eerder dit jaar aangegeven dat totaal onverwacht we mogelijk de gronden in canada verkocht hebben. (…)Ze heeft dus gezegd dat zij de opbrengst uit Canada als aflossing wilde ontvangen. Gaandeweg werd helder dat de deal in canada zou bestaan uit een cash bedrag en een restant vordering. Daarop gaf ze aan dat ze dan de cash ontvangst in ieder geval vast wilde.’
pas nadat moment zijn verricht.
de volgendeauto‘s overgedragen en/of doen overdragen aan en/of op naam gesteld en/of doen stellen van de Stichting [stichting 2] :
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
eigenmisdrijf. [verdachte] en [medeverdachte] hebben geen handelingen verricht die gericht zijn op het verbergen of verhullen van de criminele herkomst van de voorwerpen. Het feit kan daarom niet worden gekwalificeerd als witwassen.
nietvan toepassing als naast het ‘voorhanden hebben’ dan wel ‘verwerven’ óók (of slechts) ‘overdragen’, ‘gebruikmaken’ of ‘omzetten’ bewezen is verklaard. Die gedragingen hebben immers een nadrukkelijker verhullend karakter dan verwerven of voorhanden hebben. Toch is dat anders als het bijzondere geval zich voordoet dat zulk overdragen, gebruikmaken of omzetten van door eigen misdrijf verkregen voorwerpen plaatsvindt onder omstandigheden die niet wezenlijk verschillen van gevallen waarin een verdachte die een bepaald misdrijf heeft begaan en die daarmee de door dat misdrijf verkregen voorwerpen verwerft of voorhanden heeft, zich automatisch ook schuldig zou maken aan het witwassen van die voorwerpen.
5.De strafbaarheid van verdachte
6.De op te leggen straf of maatregel
7.De vordering gevangenneming
8.Verzoeken tot het horen van getuigen
9.De toegepaste wettelijke voorschriften
10.De beslissing
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) jaren;
- toetreder zal door ondertekening van deze allonge als hoofdelijk schuldenaar toetreden tot de financieringsovereenkomst vanaf 30 augustus 2009 en zij verklaart middels ondertekening van deze allonge jegens [bedrijf 20] als hoofdelijk schuldenaar aansprakelijk te zijn voor alle verplichtingen die [verdachte] blijkens de administratie van [bedrijf 20] nu of te eniger tijd jegens [bedrijf 20] heeft of zal hebben uit hoofde van de financieringsovereenkomst, onderhavige allonge en/of eventuele garanties of zoals deze eventueel al dan niet met kredietfaciliteiten later gewijzigd, aangevuld of verhoogd mocht worden.(…)
- middels de verhoging wordt de kredietlimiet van de financieringsovereenkomst verhoogd met € 8.987.000,- tot maximaal 133.200.392,- en [verdachte] en toetreder zijn hierover, naast de in de financieringsovereenkomst genoemde provisies, een extra afsluitprovisie van 89.870,-, een extra financieringsprovisie van € 89.870,- en een bedrag ad. 15.000,- terzake de beoordelingskosten verschuldigd, waarop de in de financieringsovereenkomst genoemde voorwaarden van toepassing zijn. De afsluitprovisie alsmede de beoordelingskosten zullen in mindering worden gebracht op het aan [verdachte] en/of toetreder uit te keren bedrag.
Financial ratiosof the Facility Agreement no Event of Default shall arise if the aforementioned breach will be remedied satisfactory to us within 3 months after notification to the Borrower. As per today we have not noticed any repayment of the facility.
Borgstellingen
‘Vorderingen’). Hierbij informeren wij u over het bestaan van dit pandrecht zoals bedoeld in artikel 246 lid 1 Boek 3 Burgerlijk Wetboek.