Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.[de stiefmoeder],
2.[de moeder],
3.[verzoekster],
1.Het procesverloop
2.De feiten
- [verzoekster], geboren op [geboortedatum 1] 1997 te [geboorteplaats 1];
- [naam 1], geboren op [geboortedatum 4] 1995 te [geboorteplaats 2].
3.Het verzoek
4.Het verweer
5.De beoordeling
ECLI:NL:HR:2013:BY5053). Het zou de rechtsvormende taak van de rechter dan ook ver te buiten gaan als de rechtbank de adoptie van een meerderjarige zou toestaan door de leeftijdsgrens op te rekken. Dat betekent dat de adoptie van [verzoekster] door de stiefmoeder naar nationaal recht niet mogelijk is.
rechtop adoptie kan worden ontleend. Dat adoptie slechts mogelijk is als wordt voldaan aan de door de nationale wet daaraan gestelde eisen, levert dus op zichzelf geen ongeoorloofde inbreuk op een door artikel 8 EVRM beschermd recht op (
ECLI:NL:HR:2000:AA6339). Het niet toestaan van een adoptie kan onder zeer bijzondere omstandigheden wel anderszins een inbreuk opleveren op het door artikel 8 EVRM beschermde familie- en gezinsleven zodat toch voorbij kan worden gegaan aan het minderjarigheidsvereiste. Of meerderjarigenadoptie wordt toegestaan, wordt volgens vaste rechtspraak beoordeeld aan de hand van een tweeledige toets. Allereerst moet sprake zijn van zeer bijzondere omstandigheden in het gezinsleven van de meerderjarige en de aspirant-adoptiefouder. De tweede eis voor toewijzing van het adoptieverzoek is een zogenoemde verschoonbare termijnoverschrijding. Dat wil zeggen dat een te begrijpen en te respecteren reden bestaat voor het feit dat het verzoek niet tijdens de minderjarigheid is ingediend. Wanneer aan beide vereisten is voldaan, dan zou afwijzing van het adoptieverzoek in strijd zijn met het recht op eerbiediging van het gezinsleven uit artikel 8 EVRM en wordt het minderjarigheidsvereiste terzijde gesteld.