Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , uit [woonplaats 1] , eiser,
de minister voor Rechtsbescherming, verweerder,
[naam 1]uit [woonplaats 2] (verzoekster).
Inleiding
Wat aan het bestreden besluit vooraf is gegaan
Beoordeling door de rechtbank
31 december 2015 heeft samengewoond met verzoekster. Uit de verklaring die deel uitmaakt van de aanvraag van verzoekster blijkt volgens eiser ook dat verzoekster en de kinderen pas ruim na de geboorte van hun zoon zijn verhuisd. Uitgaande van de feitelijke samenwoning in gezinsverband tussen partijen, wordt naar de mening van eiser aan de vereiste periode van samenleving van ten minste een vierde van de periode voorafgaand aan de verzorgingstermijn voldaan en moet het verzoek tot geslachtsnaamswijziging worden afgewezen.
30 oktober 2013 ingeschreven op [adres 2] in [plaats 2] . Verzoekster is vanaf
2 oktober 2014 ingeschreven op [adres 3] in [plaats 3] .
11 februari tot 30 oktober 2013 in gezinsverband samengeleefd met eiser. De zoon (geboren op [geboortedatum] van eiser en verzoekster heeft blijkens de informatie in de BRP nooit in gezinsverband samengeleefd met eiser. De rechtbank volgt verweerder in zijn berekening dat op grond van deze inschrijvingen kan worden vastgesteld dat eiser niet met zijn zoon en minder dan een vierde deel van de periode voorafgaand aan de verzorgingstermijn in gezinsverband heeft samengeleefd met zijn dochter.