Uitspraak
RECHTBANK Overijssel
1.[gedaagde 1] ,
2. [gedaagde 2] ,
1.De beslissing in het kort
- de op 2 mei 2023 gehouden mondelinge behandeling, waarvan de griffier aantekeningen heeft gemaakt,
- de pleitnota van het COA, waarin zij haar eis heeft gewijzigd.
3.De feiten
- Zoon (5 jaar) is voor een Schisis behandeling/traject doorverwezen naar het ziekenhuis Rotterdam. Dit is qua afstand te ver.
- Zoon (3 jaar) heeft iets onder de leden waar nog geen diagnose van bekend is. Hij valt vaak flauw. Medische zorg is te ver weg.
- Meneer en mevrouw zijn analfabeet, waardoor het wenselijk is om alle faciliteiten in de buurt te hebben.”
4.Het geschil
5.De beoordeling
met alle verstrekkende gevolgen van dien. Er moet aldus sprake zijn van een welbewuste weigering. [3] Het enkele gegeven dat [gedaagden] c.s. met onder meer de mededeling van de afstand tot het ziekenhuis de woning niet hebben geaccepteerd, betekent nog niet dat daaruit een welbewuste weigering kan worden afgeleid. Van het COA mag dan worden verlangd dat zij verifieert dat [gedaagden] c.s. de gevolgen van die weigering ook daadwerkelijk hebben overzien. Uit de overgelegde stukken kan dit niet worden afgeleid. Voor zover in dat kader op verschillende brieven, waaronder de vooraankondiging van 31 juli 2022, is gewezen, is dat, gelet op het gegeven dat [gedaagden] c.s. analfabetisch zijn, onvoldoende. Aan de door het COA overgelegde gespreksverslagen (het B06, B10 en B11a-formulier) kent de voorzieningenrechter ook in dit verband slechts beperkte bewijskracht toe ten aanzien van hetgeen daarin als besproken staat vermeld, nu daaruit de inhoud en het verloop van de gesprekken niet kan worden afgeleid (zie hiervoor onder 5.7). Daaruit kan aldus ook niet worden afgeleid in hoeverre het COA heeft geverifieerd dat [gedaagden] c.s. hebben begrepen dat de weigering van de woning tot gevolg heeft dat zij het AZC moeten verlaten en daardoor (mogelijk) op straat komen te staan. Bovendien is het B11a-formulier slechts een eenzijdige vaststelling van het COA, nu dit formulier niet door [gedaagden] c.s. is getekend. Ook in zoverre moet het gevorderde worden afgewezen.