Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
uitspraak van de meervoudige kamer in de zaken tussen
[eiser 3]wonende te [woonplaats 2] en
Stichting Leefbaar Buitengebied,gevestigd te Geerdijk, en
Stichting Omgevingsrechtgevestigd te Almelo, eisers ,
Rechtbank Overijssel
In deze uitspraak van de Rechtbank Overijssel, gedateerd 2 maart 2021, is het projectplan voor de droogzetvoorziening van de stuw Junne vastgesteld door het waterschap Vechtstromen. De eisers, waaronder Stichting Leefbaar Buitengebied en Stichting Omgevingsrecht, hebben beroep ingesteld tegen dit besluit. De rechtbank heeft allereerst beoordeeld of de eisers als belanghebbenden kunnen worden aangemerkt volgens de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank concludeert dat [eiser 1] en [eiser 2] geen belanghebbenden zijn, omdat hun perceel te ver van het projectgebied ligt en zij geen directe gevolgen ondervinden van het project. Hun beroep wordt dan ook niet-ontvankelijk verklaard. Daarentegen wordt [eiser 3] als belanghebbende erkend, omdat zijn perceel zich op enkele tientallen meters van het projectgebied bevindt. De rechtbank heeft vervolgens de inhoudelijke gronden van het beroep van [eiser 3] en Stichting Leefbaar Buitengebied beoordeeld. De rechtbank oordeelt dat het waterschap in redelijkheid het projectplan heeft kunnen vaststellen, waarbij het de belangen van de betrokken partijen heeft afgewogen. De rechtbank wijst de beroepen van [eiser 3] en Stichting Leefbaar Buitengebied af, omdat de rechtbank van oordeel is dat de negatieve effecten van het project op flora en fauna voldoende zijn onderzocht en dat de vergunningverlening in overeenstemming is met de Waterwet. De rechtbank concludeert dat het projectplan niet in strijd is met de wet en dat de bezwaren van de eisers niet opwegen tegen de noodzaak van het project.