Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
Vonnis van de kantonrechter:
[eiser] ,
de besloten vennootschap DEXIA NEDERLAND B.V.,
De procedure
- de dagvaarding van 11 mei 2020 van [eiser] , met producties.
- de conclusie van antwoord van Dexia, met producties.
- de conclusie van repliek van [eiser] , met producties,
- de conclusie van dupliek van Dexia.
Gronden van de beslissingDe feiten2. Als gesteld en onvoldoende weersproken staat vast.
24 januari 2012, 29 december 2005, 27 oktober 2016, 9 november 2016, 20 januari 2017 en 19 november 2019.
Vordering
ƒ 19.200,00 vooruit betsalen. Hij heeft dat bedrag van zijn spaarrekening gehaald. Volgens de adviseur zou op deze wijze een aanzienlijk vermogen worden opgebouwd. De adviseur heeft [eiser] niet geïnformeerd over de risico’s. [eiser] had geen beleggingservaring of kennis van complexe financiële producten en heeft het advies van de adviseur opgevolgd. Het opvolgen van deze adviezen heeft voor [eiser] desastreus uitgepakt. In plaats van het voorgespiegelde vermogen dat werd opgebouwd, is [eiser] de betaalde inleg geheel kwijtgeraakt en is er een restschuld ontstaan.
Hetgeen Dexia in dit verband heeft aangevoerd doet maakt het voorgaande niet anders.
Aansprakelijkheid Dexia
Dit bedrag wordt vermeerderd met de betekeningkosten van het vonnis indien het vonnis na de hiervoor genoemde termijn is betekend.