Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
gemachtigde: mr. S.X. de Lange .
1.Ontstaan en loop van het geding
2.De feiten
3.Het geschil
4.Beoordeling van het geschil
- [adres 3] een kantoorpand uit 2009 waarvan per 1 maart 2016 466 m² verhuurd is voor € 58.272,- per jaar. Hierbij is niet duidelijk hoeveel parkeerplaatsen in de huur betrokken zijn;
- [adres 4] , een kantoorpand waarvan 5.894 m² alsmede 100 parkeerplaatsen is verhuurd. De huurprijs per m² is € 95,- en per parkeerplaats wordt € 275,- per jaar betaald;
- [adres 5] de onderhavige onroerende zaak waarvan 428 m² op de vierde verdieping is verhuurd, waarvoor vanaf mei 2015 € 46.850,- per jaar inclusief 9 parkeerplaatsen, wordt betaald, hetgeen neerkomt op € 76,- per m² en € 400,- per parkeerplaats per jaar;
- [adres 6] een kantoorpand waarvan sedert oktober 2016 644 m² op de eerste verdieping, inclusief 13 parkeerplaatsen, wordt verhuurd voor € 48.360,- per jaar, hetgeen neerkomt op € 67,- per m² en € 400,- per parkeerplaats;
- [adres 7] een kantoorpand waarvan sedert juni 2016 175 m² op de tweede verdieping wordt verhuurd (inclusief 4 parkeerplaatsen) voor € 13.675,- per jaar, hetgeen neerkomt op € 69,- per m² en € 400,- per parkeerplaats;
- [adres 8] een kantoorpand waarvan per juni 2016 in totaal 796 m² wordt verhuurd, inclusief 16 parkeerplaatsen, voor € 56.847,- per jaar, hetgeen neerkomt op € 61,36 per m² en € 500,- per parkeerplaats;
- [adres 9] , een kantoorpand van 2167 m², dat is verkocht in 2016 voor € 1.292.000,-. Op basis van de huurgegevens van 2016 is de kapitalisatiefactor berekend op 9,2.
- [adres 10] , een kantoorpand van 740 m² uit 2005 dat op 18 december 2015 verkocht is voor € 600.000,- inclusief 12 parkeerplaatsen. Dit pand is per 1 april 2016 verhuurd voor € 60.000,- per jaar. Hieruit volgt een kapitalisatiefactor van 10.
5.Proceskosten
6.Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar van 24 november 2017;
- stelt de waarde van de onroerende zaak [adres 1] te Zwolle per waardepeildatum 1 januari 2016 vast op € 2.737.000,-;
- vermindert de aan eiseres opgelegde aanslag OZB dienovereenkomstig;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van de vernietigde uitspraak op bezwaar;
- draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 338,- aan eiseres te vergoeden;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 1.342,- te betalen aan eiseres.
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op