De vordering
[eiseres] vordert, samengevat weergegeven en op de gronden als vermeld in de dagvaarding, bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I te verklaren voor recht dat [gedaagde] aansprakelijk is voor alle schade die [eiseres] heeft geleden als gevolg van onrechtmatig handelen door of vanwege [gedaagde] wegens het in strijd handelen met wettelijke plichten en regelgeving zoals omschreven in de ARBO- en Warenwetgeving en in strijd met hetgeen volgens ongeschreven recht maatschappelijk betamelijk is;
II [gedaagde] te veroordelen om aan [eiseres] tegen finale kwijting te betalen alle door haar geleden en te lijden (letsel) schade die in causaal verband staat met het glasongeval van 11 november 2012;
III de schade voor zover mogelijk bij begroting vast te stellen dan wel nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;
IV te bepalen dat over de gehele uitgekeerde schade een belastinggarantie door [gedaagde] of diens verzekeraar wordt verstrekt ter meerdere zekerheid van het slachtoffer voor eventuele fiscale navorderingen;
V [gedaagde] te veroordelen bij tussenvonnis tot betaling van een voorschot op de schade van € 15.000,-, althans enig ander bedrag dat de rechtbank redelijk acht;
VI [gedaagde] te veroordelen tot betaling van de wettelijke rente over alle toegewezen schadeposten vanaf datum ongeval tot aan de dag der algehele voldoening;
VII [gedaagde] te veroordelen tot betaling van de gevorderde buitengerechtelijke kosten;
VIII [gedaagde] te veroordelen in de proceskosten.