Uitspraak
RECHTBANK Oost-Brabant
1.Samenvatting
2.De procedure
- de conclusie van antwoord,
- de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald,
Rechtbank Oost-Brabant
In deze zaak heeft [eiseres] B.V. [handelsnaam gedaagde] aangesproken voor schade die zij heeft geleden als gevolg van onjuist advies over de verzekering van haar restaurant. [eiseres] stelde dat [handelsnaam gedaagde] niet adequaat had geadviseerd over de verzekerde bedragen, wat leidde tot onderverzekering. De rechtbank oordeelde dat [handelsnaam gedaagde] inderdaad tekortgeschoten was in zijn verplichtingen met betrekking tot de rubriek inventaris/goederen, omdat hij niet had geadviseerd over de juiste vaststelling van de waarde van de inventaris. Hierdoor was er sprake van een aanzienlijke onderverzekering. De rechtbank wees de vordering van [eiseres] tot schadevergoeding toe, maar wees andere vorderingen af omdat [eiseres] geen schade had geleden in verband met de rubriek bedrijfsschade. De rechtbank concludeerde dat [handelsnaam gedaagde] aansprakelijk was voor de schade die voortvloeide uit de onderverzekering van de inventaris en goederen, en veroordeelde hem tot betaling van € 22.441,11, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum van de dagvaarding.