Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 19 augustus 2025 in de zaak tussen
[eiser], uit [woonplaats], eiser,
Inleiding
Feiten
Beoordeling door de rechtbank
ik verzoek u om de aanslag Watersysteemheffing, de aanslag Rioolheffing gebruiker en de aanslag Rioolheffing eigenaar woning(…)
kwijt te schelden(de rechtbank begrijpt: te vernietigen)
.” Eiser heeft in zijn conclusie van repliek onder andere geschreven: “
Primair draait het mij om de rioolheffing gebruiker woning en rioolheffing Gebruiker woning. De waterschapsheffingen heb ik altijd normaal betaald. Inmiddels heb ik voor de derde keer bezwaar gemaakt tegen de riool heffingen. Derhalve bestrijd ik de eerste passage over de watersysteemheffing dan ook niet.” De rechtbank begrijpt hieruit dat het beroep van eiser alleen (nog) ziet op de aanslagen in de rioolheffing.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- verklaart het beroep tegen de gehandhaafde aanslag in het gebruikersdeel van de rioolheffing ongegrond;
- verklaart het beroep tegen de gehandhaafde aanslag in het eigenarendeel van de rioolheffing gegrond;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar van 19 december 2024 voor zover daarbij de aanslag in het eigenarendeel van de rioolheffing is gehandhaafd;
- vernietigt de aanslag in het eigenarendeel van de rioolheffing;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats komt van het vernietigde deel van de uitspraak op bezwaar van 19 december 2024;
- bepaalt dat de heffingsambtenaar het griffierecht van € 53 aan eiser moet vergoeden.