Uitspraak
RECHTBANK Oost-Brabant
1.De kern van de zaak
2.De procedure
3.De feiten
4.Het geschil
5.De beoordeling
geschikt zouden zijn voor het productieproces van [eiser], in het bijzonder met de door [eiser] weergegeven inhoud, staat noch in de offerte noch in de orderbevestiging beschreven (geciteerd in r.o. 3.8. en 3.9.), terwijl daarin wel de nodige (andere) specificaties van de anoden staan beschreven.
redelijke gelegenheid te hebben gehad om van die voorwaarden kennis te nemen(Hof Den Haag 22 april 2014, ECLI:NL:GHDHA:2014:1341 vanaf ro. 10, met verwijzing naar (i) een uitspraak van het Bundesgerichtshof over toezending van de algemene voorwaarden of het toegankelijk maken daarvan en (ii) een “Opinion” van de CISG Advisory Council langs dezelfde lijnen).
6.De beslissing
- dat IAT zich wilde verbinden om anoden te leveren die geschikt zouden zijn voor het productieproces van [eiser] , naar [eiser] mocht begrijpen overeenkomstig de zin die een redelijk persoon van gelijke hoedanigheid in dezelfde omstandigheden aan de uitlatingen/gedragingen van IAT zou hebben toegekend (maatstaf WKV 5.6 hiervoor),
- in het bijzonder: dat IAT tijdens het overleg op 30 juni 2022 heeft gezegd dat het testen niet noodzakelijk was om een goede werking van de anoden te garanderen, omdat zij alles rekenkundig kon bepalen,
woensdag 27 november 2024voor:
- uitlating door [eiser] of zij bewijs wil leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en/of door een ander bewijsmiddel,
- uitlating door IAT over het voornoemde arrest van het hof Den Haag en de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden,
woensdag 8 januari 2025,
bewijsstukkenwil overleggen, zij die stukken dan direct in het geding moet brengen,
getuigenwil laten horen, zij de getuigen en de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden
januaritot en met
april 2025dan direct moet opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald,
- bij gebreke van de gevraagde opgave(n) de rechtbank het tijdstip van de mondelinge behandeling zelfstandig zal bepalen
- na de vaststelling van het tijdstip van de mondelinge behandeling dit in beginsel niet zal worden gewijzigd,
- de enquête/contra-enquête in beginsel op dezelfde dag worden gepland en daarna gesloten (tenzij er in het licht van de verklaringen redenen zijn voor nadere getuigen),
- aansluitend na het getuigenverhoor / verhoor partijdeskundigen de gelegenheid wordt gegeven voor uitlating over de verklaringen, waarna de rechtbank in beginsel uitspraak doet (tenzij de verklaringen zodanig zijn dat meer tijd nodig is voor een uitlating en voor een eerlijk proces),
- de rechtbank ook na het getuigenverhoor / verhoor partijdeskundigen wil onderzoeken of partijen het op één of meer punten met elkaar eens kunnen worden,
alle partijenuiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor
alle beschikbare bewijsstukkenaan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen,