Uitspraak
vertrouwensbeginsel. De verdediging heeft – kort gezegd – bepleit dat verdachte er op basis van de contacten met [persoon 1] van de NVWA gerechtvaardigd op mocht vertrouwen dat hij met zijn bedrijf [bedrijf 1 & 4] conform de geldende wet- en regelgeving handelde. Om die reden zou strafvervolging zijn uitgesloten. De rechtbank verwerpt dit verweer.
gelijkheidsbeginselen het
verbod op willekeur. De verdediging heeft hiertoe – kort gezegd – aangevoerd dat het Openbaar Ministerie alleen verdachte en haar bedrijf vervolgt, terwijl er nog veel meer bedrijven actief zijn op dezelfde markt en die dus dezelfde vermeende strafbare feiten plegen. Deze bedrijven worden ongemoeid gelaten. Ook dit standpunt verwerpt de rechtbank.
een substantie of een samenstel van substanties die bestemd is om te worden toegediend of aangewend voor dan wel op enigerlei wijze wordt gepresenteerd als zijnde geschikt voor:
naar toedieningen geneesmiddelen
naar aandiening. Een product voldoet aan het toedieningscriterium als de farmacologische eigenschappen wetenschappelijk zijn vastgesteld en die daadwerkelijk zijn bestemd om een medische diagnose te stellen of om fysiologische functies te herstellen, te verbeteren of te wijzigen. Het aandieningscriterium heeft tot doel niet alleen geneesmiddelen met daadwerkelijk therapeutische of medicinale werking binnen de werkingssfeer van de geneesmiddelenwetgeving te brengen, maar ook producten die niet voldoende werkzaam zijn, of die niet de werking hebben die de consument, gezien de wijze van aandiening ervan, mag verwachten. Dit volgt uit de vaste rechtspraak van het Hof van Justitie, onder meer neergelegd in de uitspraak van 15 november 2007, C-319/05, Commissie/Duitsland, ECLI:EU:C:2007:678.
Toegespitst op feit 1: de fabrikanten-/ groothandelvergunning.
het is verboden om zonder vergunning van Onze Minister geneesmiddelen te bereiden, in te voeren, in voorraad te hebben, te koop aan te bieden, af te leveren of uit te voeren of anderszins binnen of buiten Nederlands grondgebied te brengen, dan wel een groothandel te drijven.”
een of meer activiteiten binnen het geheel van groothandelen, zoals het inkopen, in voorraad hebben, afleveren of uitvoeren van door derden bereide of ingevoerde geneesmiddelen of werkzame stoffen”.
Toegespitst op feit 2: de handelsvergunning.
het is verboden een geneesmiddel waarvoor geen handelsvergunning geldt, in voorraad te hebben, te koop aan te bieden, te verkopen, af te leveren, ter hand te stellen, in te voeren, uit te voeren of anderszins binnen of buiten het Nederlands grondgebied te brengen.”
een substantie die of een mengsel van substanties dat bestemd is om gebruikt te worden bij de vervaardiging van een geneesmiddel en dat bijgevolg een werkzaam bestanddeel van dat geneesmiddel wordt dat bestemd is om een farmacologisch, immunologisch of metabolisch effect te bewerkstelligen, teneinde fysiologische functies te herstellen, te verbeteren of te wijzigen, onderscheidenlijk een medische diagnose te stellen.”.
het is verboden om zonder registratie werkzame stoffen te bereiden, in te voeren, in voorraad te hebben, te koop aan te bieden, af te leveren, uit te voeren of anderszins binnen of buiten Nederlands grondgebied te brengen, dan wel in werkzame stoffen een groothandel te drijven.”.
alle stoffen en producten, verwerkt, gedeeltelijk verwerkt of onverwerkt, die bestemd zijn om door de mens te worden geconsumeerd of waarvan redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij door de mens worden geconsumeerd.
(…). Onder deze definitie vallen niet:
Gespecialiseerde groothandel in overige voedings- en genotmiddelen. De exploitatie van een groothandel in en de im- en export van natuurlijke voedingssupplementen aan de hand van mailorder en webwinkelactiviteiten”.
Toegespitst op feit 4.
Alle levensmiddelen die binnen de Unie vóór 15 mei 1997 niet in significante mate voor menselijke voeding werd gebruikt, ongeacht de datums waarop lidstaten tot
Toegespitst op feit 5.
(SR-9009). De rechtbank zal haar ten aanzien van de overige levensmiddelen vrijspreken.
Strafbare feiten kunnen worden begaan door natuurlijke personen en rechtspersonen.”
- het gaat om een handelen of nalaten van iemand die hetzij uit hoofde van een dienstbetrekking hetzij uit anderen hoofde werkzaam is ten behoeve van de rechtspersoon;
- de gedraging past in de normale bedrijfsvoering van de rechtspersoon;
- de gedraging is de rechtspersoon dienstig geweest in het door hem uitgeoefende bedrijf; en
- de rechtspersoon kon erover beschikken of de gedraging al dan niet zou plaatsvinden en zodanig of vergelijkbaar gedrag werd blijkens de feitelijke gang van zaken door de rechtspersoon aanvaard. Onder bedoeld aanvaarden is mede begrepen het niet uitoefenen van de zorg die in redelijkheid van de rechtspersoon kon worden verwacht met het oog op de voorkoming van de gedraging.
core businessvan het bedrijf. De verboden gedragingen vonden dan ook plaats binnen de normale bedrijfsvoering van [bedrijf 1 & 4] , pasten daar bij en waren het bedrijf dienstig.
- 1 pot verdovende middelen (Omschrijving: OI3327-2020-157492_16310);
- 1 pot verdovende middelen (Omschrijving: OI3327-2020-157492_16311 Capsules);
- 1 pot verdovende middelen (Omschrijving: OI3327-2020-157492_16313);
- 1 zak verdovende middelen (Omschrijving: OI3327-2020-157492_16316 Capsules);
- 1 pot verdovende middelen (Omschrijving: OI3327-2020-157492_16317).