Uitspraak
tussenuitspraak van de meervoudige kamer van 29 mei 2024 in de zaken tussen
[naam] B.V.uit [vestigingsplaats] (vergunninghoudster)
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
aan de randvan de bedrijventerreinen” wordt genoemd in paragraaf 2.4 van de Beleidsnota. In de tabel in paragraaf 2.5 wordt dan weer de categorie “Nabij bedrijventerreinen” gehanteerd, naast de categorie ‘op bedrijventerreinen’. Er is ook een categorie ‘buitengebied’ in tabel 2.5. Bij deze laatste categorie is huisvesting van arbeidsmigranten in nieuwbouw slechts toegestaan als de nieuwbouw past in het karakter van het buitengebied. De rechtbank ziet geen aanwijzing dat bij de totstandkoming van de Beleidsnota bewust onderscheid is gemaakt tussen de categorieën in paragraaf 2.4 en paragraaf 2.5 en hanteert hierna de categorisering in paragraaf 2.5 van de Beleidsnota.
nabij een bedrijventerrein’impliceert dat de huisvesting niet op een bedrijventerrein hoeft plaats te vinden. Dat is immers een aparte categorie in paragraaf 2.5 van de Beleidsnota. Daar hoeft dus ook niet aan te worden getoetst. Inherent aan een categorie ‘nabij een bedrijventerrein’ is dat de potentiële locatie in een andere zone of categorie kan liggen, zoals de zone ‘buitengebied’. Het college heeft aan kunnen sluiten bij de categorie ‘nabij een bedrijventerrein’ want die categorie past naar het oordeel van de rechtbank het beste bij dit geval.
Gemeente Meierijstad maakt daarom huisvesting door middel van grootschalige gebouwen mogelijk aan de rand van het bedrijventerrein. De omvang en de aard van de huisvesting is afhankelijk van de draagkracht van de omgeving”.
Conclusie en verdere afwikkeling
Beslissing
Informatie over hoger beroep
Invoeringswet Omgevingswet
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (oud)
Besluit ruimtelijke ordening (oud)
stedelijke ontwikkeling: ruimtelijke ontwikkeling van een bedrijventerrein of zeehaventerrein, of van kantoren, detailhandel, woningbouwlocaties of andere stedelijke voorzieningen;
nieuwe stedelijke ontwikkelingmogelijk maakt, bevat een beschrijving van de behoefte aan die ontwikkeling, en, indien het bestemmingsplan die ontwikkeling mogelijk maakt buiten het bestaand stedelijk gebied, een motivering waarom niet binnen het bestaand stedelijk gebied in die behoefte kan worden voorzien.