Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 7 december 2023 in de zaken tussen
[eiser] , uit [woonplaats] , eiser
de algemeen directeur van het CBR, het CBR
Inleiding
12 juni 2023 (ongeldigverklaring rijbewijs) is het CBR bij die beslissingen gebleven.
Relevante regelgeving
Totstandkoming van de besluiten
23 februari 2023 aan het CBR heeft gedaan is vermeld dat het vermoeden bestaat dat eiser niet beschikt over de rijvaardigheid dan wel over de lichamelijke of geestelijke geschiktheid die is vereist voor het besturen van motorrijtuigen waarvoor het rijbewijs is afgegeven. Aan de mededeling ligt ten grondslag dat eiser op 19 februari 2023 omstreeks 03:15 uur is aangehouden op verdenking van het besturen van een personenauto (met kenteken [kenteken] ) terwijl hij onder invloed van alcohol was (artikel 8 van de WVW 1994) en dat daarbij een ademalcoholgehalte van 495 μg/l is geconstateerd.
De beoordeling van het beroep
Conclusie en gevolgen
€ 184 moet betalen aan eiser.
- 1 punt voor het indienen van het beroep 23/1552;
- 1 punt voor het verschijnen ter zitting op 27 september 2023;
- 1 punt voor het verschijnen ter zitting op 25 oktober 2023;
- waarde per punt van € 837;
- wegingsfactor 1.
Beslissing
- verklaart de beroepen gegrond;
- vernietigt de bestreden besluiten van 30 mei 2023 en 12 juni 2023;
- herroept de besluiten van 14 maart 2023 en 24 april 2023;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van de vernietigde bestreden besluiten;
- gelast dat het CBR het door eiser betaalde griffierecht € 184 aan hem vergoedt;
- veroordeelt het CBR in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 2.511.
mr. J.R. Leegsma, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op
7 december 2023.