Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[verzoekster] , te [vestigingsplaats] , verzoekster
Als derde-belanghebbende heeft aan het geding deelgenomen: [belanghebbende] , te [vestigingsplaats] .
Procesverloop
(SHE 21/3046).
Overwegingen
9 november 2016. [3] In die uitspraak was sprake van balkons die (gedeeltelijk) boven de gronden met een tuinbestemming kwamen te hangen. De Afdeling ging er in die zaak (r.o. 3.4) ook vanuit dat de balkons strijdig waren met die bestemming.
20 december 2019 waarin de Hoge Raad het tempo van de te behalen doelstelling voor het klimaat bepaalde. [7]
5 oktober 2021 verlengd tot een week na de uitspraak van de voorzieningenrechter. Binnen die termijn moet verzoekster haar medewerking aan het uitklappen van en de aanwezigheid van de mobiele transportband boven/in de bestemmingsplanmatige groenstrook beëindigen. De voorzieningenrechter ziet geen aanknopingspunten voor het oordeel dat verzoekster dat niet binnen een week kan doen. Het mogelijk ontbreken van een alternatieve voorziening voor het vervoer van de champignons, betekent niet dat zij niet binnen de termijn aan de last kan voldoen. Dat het nadelige gevolgen voor verzoekster heeft om tijdig aan de last te voldoen, komt voor haar rekening en risico. Hierbij neemt de voorzieningenrechter in aanmerking dat verzoekster sinds 5 oktober 2021 wist dat de begunstigingstermijn een week na de uitspraak van de voorzieningenrechter zou eindigen.
Beslissing
om de uitspraak te ondertekenen. voorzieningenrechter
Rechtsmiddel
Bijlage
Onder overtreder wordt verstaan: degene die de overtreding pleegt of medepleegt.
Een bestuursorgaan dat bevoegd is een last onder bestuursdwang op te leggen, kan in plaats daarvan een last onder dwangsom opleggen.
De bedragen staan in redelijke verhouding tot de zwaarte van het geschonden belang en tot de beoogde werking van de dwangsom.