4.18.In de nota van toelichting bij het Besluit (Staatsblad 2012, 234) staat onder meer:
In dit Besluit wordt nader gespecificeerd welke leergegevens en direct met het leren samenhangende begeleidingsgegevens ten hoogste door scholen onderling over een leerling mogen worden uitgewisseld, met behulp van het persoonsgebonden nummer ten behoeve van de in- en uitschrijving van die leerling.
Het is gebruikelijk dat scholen leer- en begeleidingsgegevens uitwisselen wanneer leerlingen van school veranderen. In het primair en (voortgezet) speciaal onderwijs wordt daartoe het verplichte onderwijskundig rapport opgesteld. Door het uitwisselen van deze op de persoonlijke onderwijsbehoeften toegesneden gegevens zorgen scholen ervoor dat leerlingen ook na een overstap op de nieuwe school het juiste onderwijs of aangepaste begeleiding ontvangen. Deze gegevens worden in de praktijk al decennia op allerlei manieren uitgewisseld tussen scholen: in mondeling contact, middels papieren dossiers, en recenter per e-mail.
De begeleidingsgegevens van leerlingen die scholen vastleggen in dossiers en onderling uitwisselen kunnen privacygevoelige persoonsgegevens zijn. Op de bewerking (waaronder uitwisseling) van deze gegevens is de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) van toepassing. Scholen mogen, als verantwoordelijke in de zin van de Wbp, de begeleidingsgegevens alleen verwerken voor zover zij, gelet op de doeleinden waarvoor deze gegevens worden verzameld en verwerkt, toereikend, ter zake dienend en niet bovenmatig zijn, zoals bedoeld in artikel 11 van de Wbp. De proportionaliteit wordt dus voorgeschreven voor wat betreft de gegevens die mogen worden uitgewisseld: alleen gegevens die strikt noodzakelijk zijn voor het leren en begeleiden van de leerling op een volgende school op het moment dat een leerling overstapt. Daarnaast wordt ook proportionaliteit betracht voor het moment waarop mag worden uitgewisseld, namelijk uitsluitend bij de overstap van een leerling naar een andere school. Ten slotte, is het wettelijk kader beperkt tot uitwisseling tussen scholen onderling en is uitwisseling met andere instanties niet toegestaan.
In dit besluit zijn gegevenscategorieën gedefinieerd. In de artikelsgewijze toelichting wordt met concrete voorbeelden van gegevens geïllustreerd wat hieronder verstaan kan worden. De toelichting bevat echter geen limitatieve opsomming. Het is ondoenlijk en onwenselijk om in regelgeving specifiek voor te schrijven wat wel en niet mag op het niveau van een individueel gegeven. Allereerst zijn scholen als verantwoordelijke volgens de Wbp al gehouden aan proportionaliteit bij verwerking en uitwisseling van persoonsgegevens. Daarnaast heeft een school ook professionele ruimte nodig om te bepalen wat in een specifiek geval voor een specifieke leerling op een specifiek moment noodzakelijk is binnen dit kader. De uitwisseling van een onderwijskundig rapport is bijvoorbeeld staande praktijk en de inhoud is divers. Dat codificeren we nu en het is niet de bedoeling scholen daarin sterk te beperken. Ten slotte zijn er allerlei ontwikkelingen in het onderwijs gaande, zoals onderwijs op maat, bevordering van excellentie, passend onderwijs en doorlopende leerlijnen voor onder andere taal en rekenen. Scholen moeten de mogelijkheid hebben om ook naar de toekomst toe gegevens die daarvoor relevant en noodzakelijk zijn onderling uit te mogen wisselen. Een zekere bandbreedte van wat scholen in bepaalde gevallen mogen uitwisselen is dus wenselijk. Zonder voorbij te gaan aan de wens en noodzaak om kaderstellend te zijn. Daarom wordt in deze toelichting ook expliciet stil gestaan bij de gegevens die dus zeker niet mogen worden uitgewisseld.
Zoals in paragraaf 1.1 al is uiteengezet doet dit besluit niet af aan de algemene gelding van de Wbp. Deze wet is ook onverkort op het verwerken en uitwisselen van leer- en begeleidingsgegevens en het onderwijskundig rapport van leerlingen van toepassing. Bij deze verwerking dienen de beginselen van doelbinding en proportionaliteit, zoals vastgelegd in de Wbp, in acht te worden genomen. Dit betekent dat het moet gaan om gegevens die op het moment van overstap naar een nieuwe school actueel en ter zake dienend zijn, en dat niet meer gegevens worden uitgewisseld dan nodig is voor goede begeleiding/onderwijs door de nieuwe school.
Bij de uitwisseling van het verplichte onderwijskundig rapport van het basis- en (voortgezet) speciaal onderwijs naar het voortgezet onderwijs geldt dat de ouder inzage- en correctierecht heeft. Scholen zijn verplicht ouders actief te informeren over de inhoud van het onderwijskundig rapport. Professionele indrukken kunnen niet gecorrigeerd worden, maar indien de ouders hierbij bezwaren hebben dan dient dit vermeld te worden in het dossier. De opmerkingen en visie van de ouders moeten dus op verzoek worden toegevoegd aan het dossier. Ouders of leerlingen kunnen een klacht indienen bij de klachtencommissie van de school als de school zich hier niet aan houdt, zich wenden tot het CBP of gebruik maken van de in de Wbp geregelde rechtsbescherming.1 De klachteninstellingen in het onderwijs zijn bedoeld voor alle mogelijke klachten over gedragingen en beslissingen van het bevoegd gezag of het personeel van de school.2 Daaronder vallen ook mogelijke klachten van ouders of leerlingen over het niet naleven door de school van voorschriften uit de Wbp of onderwijswetten ten aanzien van het verwerken van persoonsgegevens, het uitwisselen van leer- en begeleidingsgegevens en de rechten van ouders en leerlingen daarbij.
Artikel 5. Gegevens over de sociaal-emotionele ontwikkeling en het gedrag
Onder gegevens over sociaal-emotionele ontwikkeling en gedrag worden in ieder geval verstaan: gegevens uit een leerlingvolgsysteem, leerkrachtbeoordeling, aard van de problematiek, oorzaak van de problematiek, omgang met medeleerlingen, leerkrachten en onderwijsondersteunend personeel, werkhouding, concentratie, zelfstandigheid, huiswerkgedrag, doorzettingsvermogen, taalaanpak, gedragsbeïnvloeding, speel- en leergedrag.
Wanneer een leerling bijvoorbeeld sterke faalangst kent of een recente traumatische gebeurtenis heeft meegemaakt, kan het goed zijn dat de nieuwe school hier vooraf een signaal over ontvangt zodat men alert is, rekening houdt met de situatie of zo nodig begeleiding inschakelt. Het gaat hierbij wederom nadrukkelijk om gegevens die direct verband houden met het leren en onderwijs volgen van de leerling op moment van overstap. Het betreft hier in eerste instantie professionele waarnemingen van de leerkracht op school. Als het gegevens betreffen uit de behandelpraktijk van een zorgverlener, zoals een gedragskundige, dan is daarop de betreffende regelgeving van de beroepsgroep van toepassing. Dit kan betekenen dat scholen dergelijke gegevens niet zonder meer mogen uitwisselen, tenzij er expliciete toestemming is van de zorgverlener en de ouder of leerling.