Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
uitspraak van de meervoudige kamer van 16 maart 2020 in de zaak tussen
[eiseres] B.V., te [vestigingsplaats] , eiseres
de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking Oost-Brabant, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Door middel van een aangiftebiljet heeft eiseres op 5 februari 2016 (voor het jaar 2015) en op 11 februari 2017 (voor het jaar 2016) aangifte gedaan van het aantal overnachtingen in beide jaren. Voor het jaar 2015 heeft eiseres in totaal 16.923 overnachtingen in het hotel opgegeven met daarnaast overnachtingen in 6 chalets voor 2 personen op seizoenstandplaatsen. Voor het jaar 2016 heeft eiseres in totaal 16.408 overnachtingen in het hotel opgegeven en daarnaast overnachtingen in 4 chalets voor 2 personen op seizoenstandplaatsen. Op 30 november 2018 heeft verweerder vervolgens de aanslagen toeristenbelasting 2015 en 2016 opgelegd, zoals vermeld in het procesverloop.