Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
Vonnis van 27 juli 2018
1.De procedure
- de dagvaarding van 6 juli 2018 met producties;
- het verweerschrift van 17 juli 2018;
2.De feiten
Bovenstaande patïente werd verwezen wegens persisterende vermoeidheidsklachten en enkele aspecifieke klachten waarvoor ook reeds verwijzing naar de neuroloog. Er werd uitgebreid onderzoek ingezet met hierbij geen afwijkingen en ook geen somatische verklaring voor de invaliderende klachten van patiënte. In hoeverre het paroxismaal atriumfibrilleren een factor is dat de klachten heeft doen ontstaan zal verder onderzoek van de cardioloog moeten uitwijzen
te veel geleund op de ervaren klachten en beperkingen van de werknemer in plaats van de inschatting en adviezen van de bedrijfsarts.” UWV heeft vervolgens de wachttijd WIA met maximaal 52 weken verlengd om Weener XL de gelegenheid te geven het verzuim te herstellen.
Belanghebbende is weer op het spreekuur gezien. De uitslag van de WIA beoordeling UWV is met belanghebbende besproken.
stopgezetomdat [eiseres] “
zich niet heeft gehouden aan de regels die gelden tijdens ziekte doordat u weigert passend werk te doen dat u is aangeboden.” Weener XL verzocht [eiseres] voorts dringend zich aan het werkhervattingsadvies te houden en haar werkzaamheden te hervatten. Ook heeft Weener XL [eiseres] gewezen op de mogelijkheid om een deskundigenoordeel aan te vragen.
Bij de beoordeling van het verzoek van uw werkgever zal namelijk ook getoetst worden in hoeverre u re-integratie-mogelijkheden heeft en of de werkgever u passende arbeid heeft aangeboden.”
1. Vraagstelling
combinatie met de eigen objectieve bevindingen concludeer ik dat cliënte thans is aangewezen op licht fysiek sparend werk overeenkomend met de FML van 06-11-2017.[…]
Cliënte wordt in staat geacht werkzaamheden geleidelijk tijdcontingent op te bouwen.[…]