Nabuurs Transport stelt zich op het standpunt dat [verzoeker] niet-ontvankelijk is in zijn verzoek tot vernietiging van het ontslag op staande voet omdat de vervaltermijn van twee maanden ex artikel 7:686 lid 4 BW reeds lange tijd is verstreken.
De wetgever heeft besloten dat een wettelijke vervaltermijn van twee maanden ruim voldoende is om je positie als werknemer te bepalen. De wetgever heeft ook weloverwogen besloten om geen waarschuwingsplicht te laten gelden in geval van een ontslag op staande voet.
Verder betwist Nabuurs Transport dat [verzoeker] psychische klachten had, althans hiermee was Nabuurs Transport niet bekend. [verzoeker] was gewoon aan het werk en heeft zich op geen enkel moment (met psychische klachten) ziek gemeld bij Nabuurs Transport. De laatste keer dat [verzoeker] ziek was, was in juni 2016. Op het werk was ook niets te merken van zijn vermeende ziekte.
Door [verzoeker] wordt niet toegelicht en ook niet aangetoond dat hij ‘niet weerbaar zou zijn’. Sinds in ieder geval 15 december 2016 (ongeveer drie weken na het gegeven ontslag) werd [verzoeker] bijgestaan door zijn gemachtigde.
Recente rechtspraak laat zien dat de vervaltermijn strikt gehanteerd wordt. Gelet op het vorenstaande kan [verzoeker] geen geslaagd beroep doen op schending van goed werkgeverschap van Nabuurs Transport.
[verzoeker] komt evenmin een beroep toe op artikel 6 EVRM. Na het ontslag op staande voet had [verzoeker] twee maanden om daartegen in rechte op te komen. In ieder geval na drie weken liet [verzoeker] zich van juridisch advies voorzien. Er zijn geen uitzonderlijke omstandigheden aangevoerd die tot de opvatting kunnen leiden dat het recht van [verzoeker] op toegang tot de rechter in de kern is geraakt: er was toegang, [verzoeker] heeft er gewoonweg geen gebruik van gemaakt.
Nabuurs Transport betwist dat zij bewust heeft aangestuurd op het laten verstrijken van de vervaltermijn. Partijen zijn in overleg geweest over een beëindigingsregeling, waarbij [verzoeker] zich heeft laten bijstaan door zijn gemachtigde. Verder is het mogelijk (en ook bestendige praktijk) om een beëindigingsregeling aan te bieden nadat de dringende reden is meegedeeld.
Tevens betwist Nabuurs Transport dat er sprake is van een evident ongegrond ontslag op staande voet, dat volgens haar overigens ook niet zou maken dat door [verzoeker] een rechtsgeldig beroep op de redelijkheid en billijkheid toekomt.